Commis­sie­bij­drage Financiën | Program­ma­be­groting 2025


22 oktober 2024

De Programmabegroting die we deze week besproken staat in het teken van de bezuinigingen en hervormingen die bij de Voorjaarsnota aangekondigd worden. Voordat we daarop in gaan, kan ik zeggen dat het raadsvoorstel en de begroting zelf weer een stuk leesbaarder zijn. Die leesbaarheid van een wens van de raad, en we zien dat er stappen zijn gezet. Het nadeel is wel dat sommige paragrafen wel erg kort zijn en daar missen we uitleg, een voorbeeld is de lijst verbonden partijen.

Inhoudelijk zien we weinig nieuws in de begroting. De programma's zijn zoals aangekondigd in de Voorjaarsnota aangepast, en we zien dat veel pijnlijke keuzes zijn geland. Bezuinigen voor 30 miljoen omdat er een tekort is van 90 miljoen: dat kan niet zonder kleerscheuren.

Er worden ook inkomsten verhoogd, gebruik gemaakt van reserves en we zien interessante teksten over weerstandsvermogen, schuldquote en solvabiliteitsratio. We zien hier dat het college er niet alleen voor kiest om te snijden, maar ook om te investeren. Dat lijkt ons logisch, want er spelen allerlei crises, die ook steeds verder verergeren, en achteraf leunen en niks doen is geen optie. Hierbij moet wel gezegd worden dat de keuzes die gemaakt worden zeker niet altijd de onze zijn, en dat wij andere keuzes zouden maken. Spoiler, hier ga ik zo verder mee.

Eerst nog wat algemene financiële opmerkingen. Als we lezen: “We investeren jaarlijks vele miljoenen euro’s in de groei van onze stad en om de stad in goede staat te houden en te verbeteren", dan worden wij onrustig. Mijn fractie zou hier liever zien staan: “We investeren om de groei van de stad op te vangen.” Voorzitter, u kent ons standpunt dat sturen op groei van de stad een probleem is. En dit soort teksten zouden wij dus ook graag niet meer in dit soort documenten willen zien.

We zien ook in raadsvoorstel en begroting zelf dat de geldstromen van het rijk – en dan vooral de te verwachte en daadwerkelijke hoeveelheid, en de onzekerheid daarover, ook wat betreft het tijdstip dat iets duidelijk moet worden – erg ingewikkeld zijn. We zien dit jaar meer duidelijkheid over deze complexe geldstromen, en dat juichen we toe, maar we blijven het jammer vinden dat het bestendigen van de financiële kennis in het stadskantoor 1 miljoen euro moet kosten.

Aan het eind van de inleiding schrijft het college in een poging op zijn EO's heel positief te blijven: “We schuiven niets door naar de toekomst". Dit beeld onderschrijven wij niet. Met een dikke bezuiniging op het klimaatprogramma, in percentage de grootste bezuiniging van alle programma's, wordt het tegengaan van de klimaatcrisis juist wel doorgeschoven. Dit is geen nieuwe boodschap van ons.

Wat wel nieuw van ons is: voor het eerst hebben wij een tegenbegroting gemaakt. Onder de noemer ‘Plan B – voor een Beter Utrecht’ presenteren wij 19 pagina's aan voorstellen die Utrecht diervriendelijker, groener en socialer maken. We buigen 20 miljoen euro om en dit doen we zonder de OZB te verhogen. Onze tegenbegroting hebben we gisteren gedeeld met raad en college en we hebben hem voor iedereen beschikbaar gesteld op onze site. Onze tegenbegroting zal morgen en overmorgen de basis zijn voor onze voorstellen in de inhoudelijke commissies en we zullen er amendementen uit destilleren die we aan de raad zullen aanbieden.

Laat me het basisprincipe van onze tegenbegroting kort uitleggen. We investeren in dierenwelzijn, groen, klimaat en een sociale stad. We halen geld weg bij posten die vervuilen. Dat zijn wat ons betreft versterking van economie, toerisme en vervoer (en dan met name automobiliteit, asfalt en boten). Onze tegenbegroting ligt in de lijn van de donut economie: we zorgen voor voldoende economie zodat iedereen bestaanszekerheid heeft, maar we willen wel onder het ecologisch plafond blijven.

De komende dagen zullen we voorstellen doen om te stoppen met reclame in de openbare ruimte en te blijven doorgaan met de LVV. Beide is mogelijk door in te grijpen op het Ondernemersfonds. Doordat afgelopen jaren stelselmatig de OZB is verhoogd, is het Ondernemersfonds in omvang enorm toegenomen. Want dit fonds wordt betaald uit de opbrengsten van de OZB op niet-woningen. En waar de OZB op woningen naar de algemene middelen gaat, gaat de OZB op niet-woningen afgebakend naar een eigen fonds dat dus enorm in omvang is toegenomen en een groot tekort aan voorwaarden heeft (het is nu eenmaal een regelarm fonds). In concrete voorstellen gaan we het fonds aftoppen, en in de Tegenbegroting stellen we voor het fonds op te heffen (want het is gewoon een slechte plek om je geld in te investeren).

Voor deze commissie financiën zijn relevante punten: we schaffen de hondenbelasting af - belasting heffen op een levend organisme, op slechts één van de vele diersoorten, en ook nog eens inkomsten doorsluizen naar algemene middelen in plaats van hondenwelzijn vinden we niet oké. We maken de leges versneld kostendekkend en we verhogen de brug-, schut- en havengelden, hierbij rekening houdend met het risico dat verdere verhoging leidt tot minder inkomsten.

Nu kan ik aan het eind van mijn betoog om toezegging vragen over delen in onze tegenbegroting. Maar laat ik het kort houden: wat vindt de wethouder van ons Plan B en in welke onderdelen heeft ze interesse?

Echt tot slot, met de differentiatie afvalstoffenheffing zijn wij blij. In de Verordening Rioolheffing staat nog steeds dat grootverbruikers minder per kubieke meter water hoeven te betalen, maar gelukkig komt er binnenkort een brief naar de raad met een nieuwe grondslag op basis van nader onderzoek, die meer in lijn is met het door ons gewenste “de vervuiler betaalt”. We wachten deze brief met belangstelling af.