Commis­sie­bij­drage Erfpacht­voor­waarden


15 mei 2025

Voorzitter, toen ik mij verkiesbaar stelde voor de Partij voor de Dieren was dat niet omdat ik zo’n uitgesproken mening had over de herziening van erfpachtvoorwaarden, moet ik u bekennen. Maar nu zit ik hier toch als eerste agendeerder in een debat over erfpacht. En dat is omdat wij het gevoel hebben dat het college doorschiet in het willen maximaliseren van toekomstige erfpacht inkomsten.  


Voorzitter, de Partij voor de Dieren is niet tegen het concept van erfpacht. Laat ik dat vooropstellen. Het is een middel dat aan de ene kant huizen betaalbaarder kan maken, als de grondprijs over een langere periode afgekocht wordt. En tegelijkertijd zorgt het ervoor dat een meerwaarde die ontstaat als bijvoorbeeld de bestemming wijzigt, ook deels ten goede kan komen aan de gemeenschap. Bovendien houdt de gemeente met erfpacht meer grip op wat er op onze grond gebeurt.  

 

We zijn dus niet tegen erfpacht, maar in het conceptvoorstel dat nu voorgelegd is komen er dusdanig hoge bedragen uit dat heel veel huizenbezitters niet in staat zijn die op te hoesten en dat huizen moeilijk verkoopbaar maakt. Huiseigenaren willen echt wel meebetalen, maar de meesten zijn simpelweg niet in staat om zomaar 1 of 2 ton op te hoesten.  

 

Daarbovenop komt het signaal van het Ombudsloket: De communicatie vanuit de gemeente richting erfpachters is ondermaats. Erfpachters weten dat hun maandlasten enorm zullen gaan stijgen en zijn bang dat ze dit niet kunnen betalen en zullen moeten verhuizen. Deze onzekerheid heeft grote impact.  Het Ombudsloket is duidelijk: "Zorg dat mensen zo snel mogelijk weten of ze in hun huis kunnen blijven wonen en wat de vangnetregeling voor schrijnende gevallen inhoudt" Mijn concrete vraag aan de wethouder vandaag: geef daar eens antwoord op: wat gaat die regeling voor schrijnende gevallen inhouden? En kunnen alle erfpachters in hun huis blijven wonen?  

 
Erfpacht was nooit bedoeld als een geldmachine. Onze oproep aan het college is dan ook om dat er ook niet nu van te gaan maken. Zorg dat het transparant en 

betaalbaar blijft. En dat mensen niet uit hun huis worden gejaagd en de armoede in.  

 

Decennia geleden toen deze erfpachtcontracten werden afgesloten kon niemand zien aankomen dat de woningmarkt zó zou veranderen en de woz zo hard zou stijgen. Door Rijksbeleid is het veel meer vermarkt , is er schaarste en is wonen ineens een gigantisch aandeel van de maandelijkse lasten geworden. Maar laat die enkele erfpachters die nog in deze contracten zitten hiervan niet de dupe worden.  

 

Concreet brengt ons dat tot de volgende punten:  

 

  1. Kan het college meer doen om te zorgen dat de bedragen uit het conceptvoorstel (oktober 2024) betaalbaar blijven?  

Denk aan het verlagen van de depreciatie percentage, of een andere rente of geen opslag voor risico voor de gemeente.   

Maar ook: de mogelijkheid om in maandelijkse delen te betalen, als een renteloze lening. (het bedrag dat de gemeente ontvang blijft immers gelijk)  

En waarom worden bedragen gebaseerd op de actuele woz? Kan de wethouder niet beter naar de grondprijs kijken, of de uitgifteprijs + de inflatie? Graag een reactie.  

In de reactienota en ook in reacties die we als raad ontvingen zijn diverse signalen van schrijnende gevallen.  

Kan de wethouder al meer zeggen over de “maatwerk” tegemoetkomingen die voor deze gevallen aangekondigd zijn?  

En als maatwerk mogelijk is, is het dan niet in het kader van gelijke behandeling beter om voor alle erfpachters een dergelijk redelijk voorstel te maken?  

 

  1. Hoe zorgt het college voor meer transparantie en voorspelbaarheid? 

Dit is ook wat het Ombudsloket adviseerde. Mensen moeten weten waar ze aan toe zijn. Dat is nu niet het geval. En met het uitstel van de definitieve regeling is de onzekerheid nog langer. Kan de koppeling met de – steeds maar stijgende – woz waarde worden losgelaten? In plaats daarvan kiezen voor de historische grondwaarde. Of desnoods voor een WOZ-waarde van een bepaalde datum. Voorspelbaarheid kan vergroot worden door te werken met een vaste peildatum en een indexatie. Kan de wethouder dit toezeggen te onderzoeken?  

 

  1. Uitstel moet niet leiden tot hogere kosten 

Ook hierbij: dat het college nu nog weer 2 jaar later met een definitief voorstel wil komen, leidt niet alleen tot langere onzekerheid maar ook tot hogere kosten, de woz stijgt immers – naar alle waarschijnlijkheid- door (en hogere woz leidt tot hoger voorstel). En mensen kiezen er niet voor nu om te zetten, omdat ze niet weten of dat met het oog op de toekomst een goed besluit is als dan een ander voorstel komt.