Schriftelijke vragen Gezonde schoollunch
Indiendatum: 28 sep. 2020
Schriftelijke vragen 217/2020
Kinderen zijn gezonder als ze op school een gezonde lunch krijgen, blijkt uit recent onderzoek van de Universiteit van Maastricht (‘Gezonde Basisschool van de Toekomst’). Ook verkleinde de proef verschillen tussen leerlingen, werden kinderen gestimuleerd nieuwe dingen te proberen, en nam het pesten af. Uit een ander, eveneens recent uitgevoerd project (de ‘Gezonde Schoollunch’) van de Wageningen University & Research en de Vrije Universiteit Amsterdam, komt naar voren dat kinderen meer groente en volkoren en bruin brood eten en minder suikerhoudende dranken drinken als ze een lunch op school krijgen aangeboden. De resultaten uit Limburg en Amsterdam zijn veelbelovend en smaken naar meer. Ook voor Utrecht. In de stad Utrecht had in 2019 10% van de 2-9 jarigen en 14% van de 10¬11 jarigen overgewicht of obesitas. In sommige wijken is dat zelfs 31%. Dit vraagt om aandacht en actie voor wat kinderen eten en drinken. Het is belangrijk dat we werk blijven maken van Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen, kansenongelijkheid in het onderwijs aanpakken en duurzaamheid hoog in het vaandel hebben.
De fracties van D66, Partij voor de Dieren, PvdA en GroenLinks hebben daarom de volgende vragen:
1. Hoe beoordeelt het college de onderzoeksresultaten van de projecten ‘Gezonde Basisschool van de Toekomst’ en de ‘Gezonde Schoollunch’? Welke aanknopingspunten ziet het college hier voor Utrecht?
2. Is het college bereid met (o.a.) scholen, docenten, de koepels, de provincie, GGD, UU/HU, JOGG en initiatiefnemers te verkennen of/hoe een dergelijk (pilot-)project in onze stad opgezet kan worden? Hierbij zou het goed zijn als dit wordt gedaan als onderdeel van de Utrechtse Voedselagenda (integrale agenda over gezond en duurzaam voedsel) en in het kader van Utrecht als JOGG-gemeente.
3. Er wordt door experts en beleidsmakers ook wel gepleit voor een ‘schoolontbijt’ (i.p.v. een lunch). Wat is er, bij weten van het college, bekend over de effectiviteit van beide mogelijkheden? Met andere woorden: wat werkt beter om gezondheidsverschillen te verkleinen en bij te dragen aan kansengelijkheid: een ontbijt of lunch? Wat is makkelijker e/o beter te organiseren? En hoe past in deze lijn het verstrekken van schoolfruit?
4. Stel dat er voor alle Utrechtse basisschoolkinderen structureel een schoollunch zou komen. Kan het college een inschatting geven van de totale kosten hiervan op jaarbasis? En per kind per dag (om en nabij)? Wat acht het college realistisch aan eigen bijdrage van ouders? En welke mogelijkheden ziet het college in (co)financiering door andere partijen?
5. Welke mogelijkheden ziet het college om te zorgen dat deelname aan een schoollunch-project voor iedereen op de deelnemende school betaalbaar is, zodat ook alle kinderen mee kunnen doen? Kan het college achterhalen wat hier bij andere projecten in andere gemeenten wel/niet goed werkte?
6. Welke andere uitdagingen ziet het college, anders dan de financiën, om dit voor alle Utrechtse kinderen te regelen? Welke mogelijke drempels of bezwaren moeten er opgelost worden? Hoe wordt hier tegenaan gekeken vanuit de koepels en de docenten?
7. Er zijn in de stad meerdere initiatieven en initiatiefnemers die willen bijdragen aan een gezonde en duurzame schoollunch. Welke mogelijkheden ziet het college om hen (nog meer) te ondersteunen en te verbinden, ook als onderdeel van de Utrechtse Voedselagenda en als JOGG-gemeente?
Has Bakker, D66
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Mohammed Saiah, D66
Hester Assen, PvdA
Indiendatum:
28 sep. 2020
Antwoorddatum: 13 okt. 2020
Schriftelijke vragen 217/2020
Kinderen zijn gezonder als ze op school een gezonde lunch krijgen, blijkt uit recent onderzoek van de Universiteit van Maastricht (‘Gezonde Basisschool van de Toekomst’). Ook verkleinde de proef verschillen tussen leerlingen, werden kinderen gestimuleerd nieuwe dingen te proberen, en nam het pesten af. Uit een ander, eveneens recent uitgevoerd project (de ‘Gezonde Schoollunch’) van de Wageningen University & Research en de Vrije Universiteit Amsterdam, komt naar voren dat kinderen meer groente en volkoren en bruin brood eten en minder suikerhoudende dranken drinken als ze een lunch op school krijgen aangeboden. De resultaten uit Limburg en Amsterdam zijn veelbelovend en smaken naar meer. Ook voor Utrecht. In de stad Utrecht had in 2019 10% van de 2-9 jarigen en 14% van de 10¬11 jarigen overgewicht of obesitas. In sommige wijken is dat zelfs 31%. Dit vraagt om aandacht en actie voor wat kinderen eten en drinken. Het is belangrijk dat we werk blijven maken van Gezond Stedelijk Leven voor Iedereen, kansenongelijkheid in het onderwijs aanpakken en duurzaamheid hoog in het vaandel hebben.
De fracties van D66, Partij voor de Dieren, PvdA en GroenLinks hebben daarom de volgende vragen:
1. Hoe beoordeelt het college de onderzoeksresultaten van de projecten ‘Gezonde Basisschool van de Toekomst’ en de ‘Gezonde Schoollunch’? Welke aanknopingspunten ziet het college hier voor Utrecht?
We volgen actief de (tussen)resultaten van beide trajecten en zien dat er steeds meer bewijs en maatschappelijke interesse komt voor een gezonde schoollunch. De onderzoeken geven inzichten in de randvoorwaarden voor het vergroten van de kans op een succesvolle pilot in Utrecht. Een gezonde schoollunch sluit aan bij gezond stedelijk leven voor iedereen en de Volksgezondheidsnota 2019-2023, gezondheid voor iedereen. Een gezonde schoollunch past goed in ons beleid gericht op het creëren van een gezonde voedselomgeving in onze stad. Verder past het ook goed bij één van de vier focuspunten van Gezond Gewicht Utrechtse Jeugd, namelijk Gezond Speciaal Onderwijs. Het speciaal onderwijs kent een hoog percentage leerlingen met overgewicht (40%) in vergelijking met leerlingen op het regulier basisonderwijs (14%). Werken aan gezondheid voor iedereen doen we in Utrecht met partners en inwoners samen, afgestemd op hun prioriteiten. Dat geldt ook voor scholen.
2. Is het college bereid met (o.a.) scholen, docenten, de koepels, de provincie, GGD, UU/HU, JOGG en initiatiefnemers te verkennen of/hoe een dergelijk (pilot-)project in onze stad opgezet kan worden? Hierbij zou het goed zijn als dit wordt gedaan als onderdeel van de Utrechtse Voedselagenda (integrale agenda over gezond en duurzaam voedsel) en in het kader van Utrecht als JOGG-gemeente.
Ja, we zijn bereid deze verkenning te doen (zie ook antwoord bij vraag 7). In het kader van de Utrechtse Voedselagenda vindt op 2 november de eerste online themabijeenkomst plaats over ‘Gezonde voedselkeuzes gemakkelijk voor iedereen’. In het kader van Gezond Gewicht Utrechtse Jeugd verkennen we op 16 november met een aantal speciaal onderwijs scholen de mogelijkheden voor een verlengde schooldag waar -naast bewegen- ook een gezonde schoollunch onderwerp is.
3. Er wordt door experts en beleidsmakers ook wel gepleit voor een ‘schoolontbijt’ (i.p.v. een lunch). Wat is er, bij weten van het college, bekend over de effectiviteit van beide mogelijkheden? Met andere woorden: wat werkt beter om gezondheidsverschillen te verkleinen en bij te dragen aan kansengelijkheid: een ontbijt of lunch? Wat is makkelijker e/o beter te organiseren? En hoe past in deze lijn het verstrekken van schoolfruit?
Er zijn bij ons geen recente onderzoeksresultaten bekend over verschil in effectiviteit van schoolontbijt of schoollunch op het verkleinen van gezondheidsverschillen. Wel is bij ons bekend dat leerlingen zich moeilijk kunnen concentreren zonder ontbijt. Het percentage kinderen in Utrecht dat tenminste 5 dagen per week ontbijt is al jaren stabiel rond 94%. Dit percentage verschilt niet tussen de meeste wijken. In een aantal wijken (Overvecht en Zuidwest en eerder ook Noordwest) is het percentage kinderen dat regelmatig ontbijt echter lager. Wat werkt bij het verkleinen van gezondheidsverschillen, in het bijzonder bij gezond gewicht, zijn (bewezen effectieve) interventies en programma’s die zich richten op voeding, bewegen, opvoedstijl, leefomgeving, slapen, zelfbeeld en psychosociale factoren. Het combineren en samenvoegen van verschillende programma’s en interventies, bijvoorbeeld gezonde schoollunch, voedingseducatie en bewegen op school is naar verwachting het meest effectief. Uit het onderzoek ‘de gezonde basisschool van de toekomst’ kwam naar voren dat alle deelnemende kinderen een gezonder gewicht kregen in vergelijking met de controlescholen maar dat de gezondheidsverschillen op de deelnemende scholen niet kleiner werden. In de afgelopen jaren is in het kader van gezond gewicht fruitbeleid, water drinken en ontbijten op Utrechtse basisscholen gestimuleerd en waar mogelijk zijn scholen geholpen om dit op te nemen in hun schoolbeleid.
4. Stel dat er voor alle Utrechtse basisschoolkinderen structureel een schoollunch zou komen. Kan het college een inschatting geven van de totale kosten hiervan op jaarbasis? En per kind per dag (om en nabij)? Wat acht het college realistisch aan eigen bijdrage van ouders? En welke mogelijkheden ziet het college in (co)financiering door andere partijen?
We hebben kennisgenomen van de resultaten en ervaringen bij ‘de gezonde basisschool van de toekomst’. De kosten per leerling zijn daar uitgekomen op €6,50 per leerling per dag in het begin van het project en €4,50 per leerling per dag aan het einde van het project. Het betrof hier wel de combinatie van een lunch met bewegen op school en de inzet van pedagogische medewerkers. De gemiddelde kosten per school per jaar bleken ongeveer €180.000 te zijn. Dit traject liet zien dat juist de ouders van leerlingen die een gezonde schoollunch het best kunnen gebruiken minder draagkrachtig zijn. Wat betrokken partijen in onze Utrechtse context (ondernemers, ouders) bereid zijn bij te dragen, alsook de Rijksoverheid, is op dit moment onbekend en zal bij bereidheid tot het vormgeven van een pilot één van de onderzoeksvragen zijn. Uit eerder onderzoek in het kader van de gezonde schoollunch, kwam naar voren dat ouders (gemiddelde tot hoge SES) bereid zijn bij te dragen aan een gezonde schoollunch en dat zij vinden dat de lokale of landelijke overheid mee moet
betalen (en niet school, levensmiddelenfabrikanten, groenteboeren of supermarkten).
5. Welke mogelijkheden ziet het college om te zorgen dat deelname aan een schoollunch-project voor iedereen op de deelnemende school betaalbaar is, zodat ook alle kinderen mee kunnen doen? Kan het college achterhalen wat hier bij andere projecten in andere gemeenten wel/niet goed werkte?
Zie antwoord bij vraag 4. De resultaten van de onderzoeken ‘de gezonde schoollunch’ en ‘de gezonde basisschool van de toekomst’ zullen gebundeld in een rapport bij het ministerie van VWS aangeboden worden (zie dit nieuwsbericht vanuit de VU). We wachten dit rapport af. Wat betreft projecten in andere gemeenten, zullen wij dit nagaan maar we zijn op dit moment niet op de hoogte van andere gemeenten die al lopende schoollunch projecten hebben.
6. Welke andere uitdagingen ziet het college, anders dan de financiën, om dit voor alle Utrechtse kinderen te regelen? Welke mogelijke drempels of bezwaren moeten er opgelost worden? Hoe wordt hier tegenaan gekeken vanuit de koepels en de docenten?
Zoals ook uit de onderzoeken blijkt, is naast financiering ook de praktische uitvoering op de school zelf een uitdaging. Iemand moet de lunches verzorgen, er is ruimte voor nodig en het kost (onderwijs)tijd. Verder weten we uit de praktijk en ervaring met schoolfruit en waterbeleid, dat het effectiever is als het ingebed is in het (gezonde) schoolbeleid. We verwachten dat dit ook geldt voor schoollunches. Er is dus zeker bereidheid nodig bij een school om hier tijd en moeite in te stoppen. Zoals aangegeven bij vraag 1 kennen we in Utrecht een hoge mate van vrijheid voor scholen om hun eigen prioriteiten te bepalen. Mochten er scholen met interesse zijn, dan is de verwachting dat op dit moment de tijd en aandacht hiervoor helaas concurreert met de aandacht die alle scholen moeten besteden aan de kwaliteit van hun onderwijs, gezien het lerarentekort.
7. Er zijn in de stad meerdere initiatieven en initiatiefnemers die willen bijdragen aan een gezonde en duurzame schoollunch. Welke mogelijkheden ziet het college om hen (nog meer) te ondersteunen en te verbinden, ook als onderdeel van de Utrechtse Voedselagenda en als JOGG-gemeente?
We kunnen scholen die een gezonde schoollunch willen en partijen die iets te bieden hebben samenbrengen. Wij zullen voor de bijeenkomsten in het kader van de Utrechtse Voedselagenda breed uitnodigen en daarmee een (eerste) verbinding tot stand brengen. We hebben geen invloed op of scholen ook daadwerkelijk aansluiten bij de bijeenkomsten. In het kader van Gezond Gewicht Utrechtse Jeugd is er een bredere groep Utrechtse stakeholders betrokken die graag de focus ziet op speciaal onderwijs (SBO, SO, VSO en PRO) en hiertoe elkaar opzoekt. Als er voldoende animo is, kunnen we in Utrecht een pilot op een reguliere en speciaal onderwijs school doen en daarbij onderzoek naar de effecten doen. De pilot en het onderzoek vragen uiteraard capaciteit en geld.
Has Bakker, D66
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Mohammed Saiah, D66
Hester Assen, PvdA
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen Leefbaarheid en veiligheid rondom het Griftpark kan en moet beter
Lees verderSchriftelijke vragen Leefbaarheid en veiligheid rondom het Griftpark kan en moet beter
Lees verder