Raads­bij­drage Slotdebat Program­ma­be­groting 2017


10 november 2016

Nieuwe Natuurwet
De Partij voor de Dieren vindt, zoals inmiddels bekend, dat wij in de politiek af moeten van de focus op de korte termijnbelangen van de mens. Het vormt een bedreiging voor kwetsbare waarden, diegenen die geen stem hebben of wiens stem niet gehoord wordt. Het korte termijn denken blijkt ook voor de Programmabegroting 2017 het uitgangspunt.

De Partij voor de Dieren heeft al een paar keer gesproken over de aankomende nieuwe Natuurwet en de veranderingen die dit inhoudt voor Utrecht. Die aandacht zetten wij vandaag graag voort. Deze wet gaat namelijk óók voor de gemeente zorgen voor grote veranderingen wat betreft natuurbeleid. Op dit moment zitten we te wachten op de provincie. Maar dat is niet verstandig! Want er is namelijk nu al bekend dat de provincie de soortenlijst met 516 zeer beschermde soorten overgenomen heeft van de lijst die het Rijk nu hanteert. Ook is er een lijst met 40 icoonsoorten opgesteld.

Dat klinkt misschien goed, maar het is voor onze stad helaas allesbehalve voldoende. Want vleermuizen - specifiek de laatvlieger -, de orchidee en muurvarens, zoals de tongvaren en de steenbreekvaren, staan niet op die lijst van 40 icoonsoorten en krijgen straks dus geen extra aandacht meer. Voor de orchidee en de muurvegetatie gaat het zelfs een stapje verder, want hierbij vervalt ook hun bescherming. En laten de vleermuis en de genoemde flora nu nét zijn waar de gemeente enorm veel aandacht aan besteedde de afgelopen jaren en met succes!

Wat moet er gebeuren? De soortenlijst moet worden uitgebreid, zodat bescherming is gewaarborgd. Wij stellen dit nú al aan de orde, omdat de leden van de Provinciale Staten nog maar tot 12 december hebben om een uitbreiding van de lijst aandachtsoorten voor elkaar te krijgen.

Gezien het belang van het behoud van deze icoonsoorten voor Utrecht hebben wij onze dringende oproep in een motie gegoten, waarbij het dictum luidt:

Spreekt uit:

  • Grote zorgen te hebben over de nadelige gevolgen van de Nieuwe Wet Natuurbescherming voor de bescherming van flora en fauna in de stad Utrecht; met name van muurvegetatie, orchideeën en vleermuizen.

En verzoekt het college:

  • Deze zorgen nog vóór 21 november over te brengen aan de Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten van de provincie Utrecht en hen hierbij op te roepen de laatvlieger, de tongvaren, steenbreekvaren en de orchidee toe te voegen aan de lijst met “icoonsoorten”;

Operatie Steenbreek
Door naar Operatie Steenbreek. De Partij voor de Dieren vroeg al vaker aandacht voor deelname aan dit initiatief om tuinen in de stad te vergroenen. Vergroening is noodzakelijk om in te kunnen spelen op klimaatverandering en om biodiversiteitsverlies tegen te gaan. Een groot deel van het stedelijk oppervlak is niet in eigendom van de gemeente en dus moeten we ook particulieren en ondernemers stimuleren hun tuinen groen te maken of te houden. Tijdens het commissiedebat zei de wethouder dat we al meedoen aan Winnet, maar dát is vooral gericht op het beheer van riool en afvalwaterzuivering in een samenwerking tussen 14 gemeenten en waterschap. Dat biedt volgens ons niet dezelfde waarde als Steenbreek, en nu ik toch 16 minuten spreektijd heb, laat ik het dan nogmaals uitleggen.

Wat doet Operatie Steenbreek? Steenbreek is een landelijk project, een samenwerkingsverband tussen groene kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties, bedrijfsleven, overheid en burgers om de verstening van tuinen een halt toe te roepen.

Concreet betekent dit dat je lid wordt van operatie Steenbreek en je daarvoor kennis en kunde inkoopt over de vergroening van tuinen en hoe je bewoners en ondernemers hiervoor enthousiasmeert. Doel is ook om met kennisuitwisseling tussen de deelnemende gemeenten, nu 20, de bestaande initiatieven naar een hoger plan te tillen. Zoals ze zelf zeggen: Operatie Steenbreek vervult een paraplufunctie. Er bestaan vele initiatieven op gemeentelijke niveau, maar vaak opereren deze los van elkaar. Door aan te sluiten bij Operatie Steenbreek ontstaat er samenhang.

En laten we niet vergeten: wij hebben die kennis nodig in onze stad! Kennis omtrent zaken als innovatieve ontwikkelingen rond bomen en planten op het gebeid van klimaatbeheersing, natuurlijke waterbuffering, het tegengaan van wateroverlast en hittestress. En niet te vergeten: vele grote steden doen al mee, zoals Den Haag, Eindhoven en Groningen.

Onze conclusie: Het is een echt ‘Utrecht maken we Samen’ plan dat door partijen van links tot rechts als belangrijk wordt gezien! Dit is ook te zien in andere steden: In Ede is de motie voor operatie Steenbreek mede ingediend door de VVD en in Den Bosch heeft D66 door middel van schriftelijke vragen gevraagd om deelname. Daarom bij deze onze motie met als dictum:

Roept het college op om:

  • Zich in 2017 aan te melden als deelnemer aan Operatie Steenbreek en de hiervoor benodigde € 5.000,- vrij te maken en te financieren uit het programma Openbare Ruimte & Groen.

Lichtvervuiling
En dan ook maar weer even over lichtvervuiling. De Partij voor de Dieren kan zich van harte aansluiten bij het betoog van de ChristenUnie en staat daarom ook onder de net ingediende motie. Maar er moet me toch even iets van het hart: het voelt alsof dit college de ChristenUnie en de Partij voor de Dieren maar lastig vindt als het gaat om het tegengaan van lichtvervuiling. Herhaaldelijk hebben wij vragen gesteld, die simpelweg niet worden beantwoord of worden afgedaan met de woorden ‘we doen al van alles’. Gelukkig spreken we in deze raad over niet al te lange tijd over het ingediende burgerinitiatief om lichtvervuiling tegen te gaan, maar bij deze nogmaals de oproep aan dit gehele college: kom op, Nederland en daarmee ook Utrecht, is 1 van de meest verlichte landen van de wereld. We kunnen onze kop niet in het zand blijven steken. Het lichtplan uit 2008 kan best wat meer ambitie gebruiken. Kunnen alle wethouders die betrokken zijn bij dit dossier, dit toezeggen?

Terrasverwarmers en open winkeldeuren
Als laatste terrasverwarmers en open winkeldeuren, twee grote ergernissen van de Partij voor de Dieren, gezien het gewoon stoken voor de buitenlucht is. We proberen in deze stad een ambitieus klimaat- en energiebeleid uit te voeren en dan word je aan de andere kant ingehaald door de realiteit dat er in de wintermaanden deuren van winkels wagenwijd open blijven staan en terrasverwarmers bij horecagelegenheden de buitenlucht een graadje warmer zouden moeten maken.

Er alles aan doen om deze vervuilende praktijken tegen te gaan, lijkt ons niet meer dan logisch. We vragen van de Utrechters ook om zich in te zetten om klimaatverandering tegen te gaan. Dan moet je aan hen kunnen uitleggen dat ook dit college er alles aan doet om alle vervuilende praktijen tegen te gaan. En dat doet het college nog niet.

Vraag aan het college is: Hoe kun je wél een milieuzone voor auto’s hebben, maar níet verder willen inzetten op het tegengaan van terrasverwarmers?

Ook wij moeten constateren dat het helaas niet zo makkelijk is om iets te doen aan deze praktijken, want zoals u van de Partij voor de Dieren gewend bent zouden wij nu meteen kunnen gaan pleiten voor een verbod op terrasverwarmers en een verplichting om winkeldeuren te sluiten. Maar na een pittige zoektocht, bijgestaan door gedreven ambtenaren, komen wij uit bij drie toch wel heel redelijke voorstellen.

Ons eerste voorstel is om met MKB Nederland en Utrechtse ondernemingsverengingen het onderwerp energieverspilling door winkels op de agenda te zetten en samen te kijken hoe deze verspilling tegen te gaan is. Kan de wethouder dit toezeggen? We hebben een motie achter de hand.

Een andere mogelijkheid om Utrechtse winkels hun deuren te laten sluiten, is het handhaven op bedrijven die vallen onder het Activiteitenbesluit. Dat kan namelijk wél! We doen al veel aan handhaving in deze gemeente, dus kan dit stukje handhaving er nog wel bij. Daarom bij deze onze motie Doe de Deur Dicht, waarbij het dictum luidt:

Roept het college op om:

  • Er actief op te handhaven dat alle bedrijven die vallen onder het Activiteitenbesluit milieubeheer, zo snel mogelijk hun winkeldeuren gaan sluiten om zo energie te besparen;
  • De raad voor de VJN 2017 te berichten over de voortgang en genomen maatregelen hieromtrent.

Onze laatste motie is terrasverwarming. Dit lijkt wel een beetje een polder Rijnenburg en zonne-energie verhaal. Want hoe mooi is het om te horen dat oud-GroenLinks wethouder Mirjam de Rijk hier al zo uitgesproken over was. En hoe bizar om te moeten vernemen dat dit plan geen vervolg gekregen heeft. Des te meer omdat we in antwoorden op schriftelijke CDA-vragen uit 2010 lazen dat “een meerderheid van de horecaondernemers enkele jaren geleden in een enquête had aangegeven te kunnen leven met een verbod op terrasverwarmers”. Voor de Partij voor de Dieren reden om het GroenLinks plan opnieuw op de agenda te zetten en wethouder Kreijkamp te vragen zich in te spannen voor een plan om terrasverwarmers te ontmoedigen. Daarom dienen we de volgende motie in, met als dictum:

Roept het college op om:

  • Samen met ondernemersverenigingen in zo breed mogelijke zin te onderzoeken welke mogelijkheden de gemeente heeft om terrasverwarmers in Utrecht te ontmoedigen;
  • Op basis van de uitkomsten van dit onderzoek een plan van aanpak voor te leggen aan de raad, zodat in 2018 alle mogelijke middelen worden ingezet om te zorgen dat er geen energie meer wordt verbruikt voor verwarming van de buitenlucht;
  • Tegelijkertijd de alternatieven voor terrasverwarming actief onder de aandacht van Utrechtse horecaondernemers te brengen.

Tot slot voorzitter: de mens is de enige soort op aarde die zijn eigen leefomgeving en die van andere levende wezens vernietigt. Het menscentrale denken dat hieraan ten grondslag ligt, is niet alleen slecht voor dier, natuur en milieu, maar uiteindelijk ook voor de mensen zelf. Pas als dit college het aandurft om het menscentrale denken los te laten en de gemeente Utrecht te bezien vanuit een ander perspectief, één die kwetsbare waarden als dieren, natuur en milieu centraal stelt, dan wordt Utrecht pas écht een mensvriendelijke, diervriendelijke en duurzame stad.