Commis­sie­bij­drage Anti-abortus acti­visten bij Abor­tus­kli­nieken


14 januari 2021

Allereerst wil ik graag de agenderende fracties bedanken. Wat goed dat we hier vandaag samen zitten om dit onderwerp te bespreken. Het moge duidelijk zijn dat dit onderwerp er een is dat niet halfslachtig besproken kan worden.

In de beantwoording van de schriftelijke vragen van september vorig jaar is aan ons duidelijk gemaakt dat de burgemeester heeft besloten om, mede naar aanleiding van de uitspraak van de voorzieningenrechter in Haarlem (21 juli 2020), “in het Wom-besluit aan Schreeuw om Leven de grenzen van het demonstratierecht explicieter op te nemen en zo te borgen dat de vrijheid en rechten van vrouwen om ongestoord gebruik te kunnen maken van hun rechten niet in het geding komt”. Dat is natuurlijk mooi. Alleen blijft er hier nog het een en ander schuren. Want waar liggen die grenzen dan precies? Wat is er legaal mogelijk om te zorgen dat deze grenzen niet overschreden worden en er tegelijkertijd ook ruimte blijft om te demonstreren?

Niet iedere demonstratie is hetzelfde. Ik hoop dat wij allen het hier met elkaar eens zijn dat een demonstratie waarbij op de persoon gerichte desinformatie verspreid wordt, en waarbij intimidatie plaatsvindt, niet wenselijk is. Net als de agenderende partijen vraag ik mij af waar de balans precies ligt tussen het beschermen van het vrijelijk gebruik maken van de rechten in de Wet afbreking zwangerschap en het beschermen van het recht om te mogen betogen tegen abortus. Het een moet het ander niet onevenredig beperken.

Waar het mij in dit geval vooral om gaat is het volgende; hoeveel publieke ruimte is er in onze stad beschikbaar voor demonstranten? En hoeveel plaatsen zijn er voor vrouwen om veilig, en vooral ook ongehinderd, terecht te kunnen voor het laten afbreken van een ongewenste zwangerschap? En wat zien de bezoekers en medewerkers van Het Vrelinghuis als hinder? Is dat alleen het individueel aangesproken worden door activisten of ook al het idee geconfronteerd te kunnen worden en de bijgaande stress die daardoor nog eens bovenop een al hele stressvolle situatie komt? Zou mentale gezondheid in specifieke situaties ook mee kunnen wegen wanneer het gaat om volksgezondheid, of dit nu moeilijker te onderbouwen is dan “harde” volksgezondheidsrisico’s of niet? Graag zou ik vooral op deze laatste vraag een reactie van onze burgemeester krijgen.

Dan rest mij nog een vraag. De maatregelen ter plaatse die vanwege corona genomen zijn, blijken voor vrouwen die Het Vrelinghuis bezoeken een zegen te zijn. Wat kunnen wij verwachten wanneer deze uitzonderlijke tijd voorbij is? De Biltstraat blijft ook dan een drukke straat en er zijn recente signalen van intimidatie. Deze feiten moeten volgens mijn fractie meewegen bij besluitvorming. Kan de burgemeester toezeggen bij het eindigen van de coronabeperkingen deze positief uitwerkende maatregelen alsnog van kracht te laten zijn?

Tot zover, voorzitter, dank.

Interessant voor jou

Commissiebijdrage Burgerinitiatief 1.000 Buurtbanen voor 1.000 werkzoekenden in de gemeente Utrecht

Lees verder

Commissiebijdrage Raadsvoorstel Zienswijzen Ontwerp uitgangspunten begroting Recreatieschap Stichtse Groenlanden en Kadernota begroting Plassenschap Loosdrecht 2022

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer