Commis­sie­bij­drage Financiën Voor­jaarsnota 2023


27 juni 2023

Voorzitter, een debat over de financiën van de voorjaarsnota vinden wij als Partij voor de Dieren eerlijk gezegd wel ingewikkeld. Zoals u weet duiken wij graag het liefst direct de inhoud in, omdat er nou eenmaal nog zoveel werk is voor een beter Utrecht en een betere wereld. Maar we gaan ons best doen.

Er wordt hier, maar ook in andere gemeenteraden, gesproken over het ‘ravijnjaar’, waarin onze inkomsten vanuit het rijk fors verminderen. Het spreekt voor zich dat gezonde financiën belangrijk zijn. Daar willen we niets aan afdoen. Maar we moeten wel blijven investeren om de klimaat- en biodiversiteitscrisis tegen te gaan. Te vaak zijn langetermijnbelangen zoals die van een veilig klimaat en robuuste natuur geofferd voor de financiële belangen op korte termijn. Daar komen we komende dagen zeker op terug.

Want verder over groen: We zeiden al bij de jaarstukken dat te veel geld op de plank blijft liggen en dat college wel de ambitie schaalvergroting groen terugschroeft. Wij hebben liever dat voor groen begroot geld daadwerkelijk aan groen wordt uitgegeven. Want in het algemeen: In hoeverre zijn de vertragingen op groen ook echt nodig zijn gezien de resultaten die we steeds overhouden bij de Jaarrekening? Kunnen we niet meer lef tonen en gewoon uitgeven?

Een voorbeeld van geld hiervan is het budget voor bestrijding eikenprocessierups. Van het structurele bedrag van 200.000 euro is in 2022 slechts 22.000 besteed aan de bestrijding van de rups. Van die twee ton is nog wat geld her en der uitgegeven. Maar overgebleven geld (circa 150.000) ook gestort is in de voorzieningen groot onderhoud grijs en groen. Voorzitter, wij willen dat geld voor meer biodiversiteit (zo zien wij de bestrijding eikenprocessierups) ook daadwerkelijk naar stimulering van biodiversiteit gaat. Vraag aan de wethouder, hoe kunnen we ervoor zorgen dat geld voor groen daadwerkelijk uitgegeven wordt en ook daadwerkelijk aan groen en biodiversiteit?

Er wordt bijgestuurd op de huidige begroting door een aantal leges te verhogen, zoals de leges voor vergunningen en huwelijken. En voor zover wij weten zijn de leges voor evenementen en horeca nog altijd niet kostendekkend. Hiermee subsidiëren we nog altijd evenementen en horeca en dat is voor onze fractie dan niet oké. Dit is natuurlijk een politieke keuze, die wij graag anders zien.

Dan de 100.000 euro voor dierenhulporganisaties: dat is natuurlijk goed, maar wat wij niet kunnen begrijpen is dat de Utrechtse begroting 1,8 miljard beslaat, en dat het geld om een voor ons belangrijke doelstelling – namelijk 24/7 zorg leveren aan dieren in nood - niet opgelost kan worden. Want er is nog een ton nodig, en die is er niet. Een ton is echt een peuleschil! Is de wethouder financiën het met ons eens dat het vinden van 100.000 euro zou moeten kunnen op een begroting van 1,8 miljard euro? Wat kan zij hierop toezeggen.

We lezen over de BNG Bank. Die heeft haar resultaat over 2022 bekend gemaakt en de gemeente Utrecht zal 1,9 miljoen euro aan dividend gaan ontvangen. Dit leidt tot een voordeel van 0,65 miljoen euro. Dat we naar een meer duurzame bank zijn gegaan, kwam ook door inzet van mijn fractie. In de tabel lezen we niet waar het voordeel van 650.000 euro naartoe gaat. Mijn vraag is: in hoeverre kunnen we dit bedrag, en eventuele voordelen in 2023 en toekomstige voordelen inzetten voor posten die de raad belangrijk vindt? Bijvoorbeeld duurzaamheid en biodiversiteit.

Over belastingen gesproken: onze fractie is blij dat er nu een gedifferentieerde afvalstoffenheffing gaat komen. Dank aan D66 voor het indienen van een motie, die wij graag steunden, en mooi dat dit nu beleid is. Het idee dat een vierpersoonshuishouden meer afval veroorzaakt en daardoor meer moet betalen klopt echter maar ten dele. Want er zijn ongetwijfeld vierpersoonshuishoudens die minder afval, veroorzaken dan kleinere huishoudens. Dus bij het echte 'de vervuiler betaalt' -dus per kilo restafval- zijn we nog niet helaas.

Voorzitter, mijn fractie maakt zich zorgen over cultuur. Want dat het cultuurbudget niet meegroeit met de stad en de indexering achterblijft bij de inflatie, terwijl wij ook willen dat makers in de cultuur beter betaald worden, betekent echt wel dat er minder culturele instellingen in de cultuurnota belanden. Daar komen we in de commissie nog wel op terug.

Het college heeft de afgelopen jaren geld gereserveerd voor de Noordelijke Randweg. Het Rijk maakte onlangs bekend hun bijdrage aan de verbreding op te schorten. De NRU staat nog wel met reservering en al in het Meerjarenprogramma Ruimte (naar mijn weten een bedrag van tenminste 11,7 miljoen). Los van wat de wethouder mobiliteit met de inhoud gaat doen, wat gaat de wethouder financiën doen met dit gereserveerde geld nu bekend is dat Rijk niet meebetaalt – zeker gezien de financiële belemmeringen op komst?

Nog twee punten. Voorzitter, wij schrokken van de keuze van het rijk om te financieren op basis van BBP. Dit betekent dat economische groei van Nederland een must is voor gemeenten om aan voldoende financiering te komen. Dat vindt mijn fractie onwenselijk. Want economische groei is een probleem. Trap-op-trap-af was ook een probleem, maar vindt de wethouder van de afhankelijkheid van BBP als principe?

We zijn blij dat de wethouder vorige week een mooie toezegging deed op de motie van Student & Starter en de Partij voor de Dieren met betrekking tot beter te kunnen sturen op de prioriteit bij het financieren van ongedekte voorstellen. Zo is de raad meer aan zet, en dat is een welkome verbetering. De Voorjaarsnota voelt namelijk in heel veel opzichten als een voldongen feit, waar met name voor de oppositie nauwelijks tot door te dringen is. Voorzitter, met die vrolijke noot ben ik aan het einde van mijn betoog gekomen. Dank voor uw aandacht.