Motie Stoep­plantjes laten staan tenzij


3 december 2020

Motie 401/2020
Ingetrokken vanwege toezeggingen van de wethouder Groen

De gemeenteraad van Utrecht bijeen op 3 december 2020 gezien de bespreking van de Programmabegroting 2021,

Constaterende dat:

  • Op de Utrechtse stoepen veel spontane vegetatie groeit die nu standaard wordt weggebrand;
  • Deze vegetatie, ook wel bekend als stoepplantjes, een directe bijdrage levert aan de biodiversiteits- en klimaatadaptatiedoelstellingen van Utrecht;
  • De gebruiksfunctie van de openbare ruimte vaak niet hoeft te lijden onder de aanwezigheid van die stoepplantjes, omdat veiligheid en toegankelijkheid op niveau blijven.

Overwegende dat:

  • Het actief bestrijden van natuur haaks staat op het bevorderen van biodiversiteit en klimaatadaptatie;
  • Andere gemeenten, zoals Leiden, reeds Utrecht voorgegaan zijn in het tolerant omgaan met stoepplantjes;
  • Het beroep op een bureaucratische norm als een beeldkwaliteitsniveau onvoldoende motivatie is voor het actief bestrijden van natuur in de stad;
  • Stoepplantjes pas verwijderd moeten worden als ze de toegankelijkheid belemmeren of er een andere goede praktische reden is;
  • Bij de openbare ruimte bij nieuwbouw in Utrecht nu reeds de norm bestaat ‘onverhard tenzij’.

Draagt het college op om:

  • Vanaf 2021 de norm voor het beheer van spontane vegetatie om te keren: niet wegbranden, maar ‘laten staan tenzij’;
  • Vanaf 2021 de voorkeur voor het laten staan van spontane vegetatie in plaats van verwijderen te communiceren met inwoners.

En gaat over tot de orde van de dag.

Anne Sasbrink, Partij voor de Dieren


Status

Ingetrokken

Voor

Tegen