Monde­linge vragen Doe mee aan landelijk onderzoek over finan­ciële gevolgen rijks­beleid


Indiendatum: 12 mrt. 2020

Mondelinge vragen 8, 12 maart 2020

Veel gemeenten verkeren financieel in zwaar weer en moeten bezuinigen. Voor een groot deel wordt dit veroorzaakt door landelijk beleid en kortingen vanuit het rijk. Dit komt onder andere voort uit:
- de decentralisaties in het sociaal domein en bijbehorende kortingen (tot wel 30%);
- het feit dat gemeenten wettelijke hulpvragen in het sociaal domein niet mag weigeren;
- een ‘opschalingskorting’ van 1 miljard euro uit het gemeentefonds;
- voor gemeenten nauwelijks ruimte om eigen inkomsten te genereren of te verhogen;
- en gemeenten (in tegenstelling tot het Rijk) moeten structureel sluitende begrotingen voeren.
De klassieke autonomie van gemeenten staat hierdoor onder druk. Weliswaar niet zo heftig als op andere plekken, toch proeft ook Utrecht hier de zure vruchten van. Een voorbeeld hiervan is de impact van de herverdeling van het geld voor onderwijsachterstanden. De gemeenteraad van Enschede heeft onlangs het initiatief genomen om een analyse (zie bijlage ‘Aanbiedingsbrief Enschede’) door Dr. J. de Kruijf (Radboud Universiteit) laten uitvoeren naar wat de gevolgen van de bezuinigingen en risico-overdracht van het Rijk zijn op gemeentelijke uitgaven. Zo wordt duidelijk welke tekorten door landelijk en welke door gemeentelijk beleid worden veroorzaakt.

In Enschede is het onderzoek reeks uitgevoerd: “De uitkomsten bewijzen eenduidig en onomstreden de stelling dat bezuinigingen en risico-overdracht door het Rijk een zeer belangrijke rol spelen bij de zwakke financiële positie van de gemeente.” De gemeenteraad van Enschede stelt dat hierdoor ook de sociale cohesie in de gemeente onder druk komt te staan.

Wanneer zoveel mogelijk gemeenten dit onderzoek doen, kunnen de uitkomsten gebundeld naar het minister van BZK gezonden worden. Deze dienen als benchmark en tevens als bewijslast dat er structurele weeffouten in het systeem zitten waar gemeenten de dupe van zijn. Het onderwerp gemeentefonds staat nu volop in de schijnwerpers. Als er eenmaal een besluit over herverdeling van het gemeentefonds is genomen, dan is dat een besluit dat voor langere tijd niet meer aan verandering onderhevig zal zijn. Juist daarom is dit ook het moment om als gemeenten gezamenlijk een krachtig signaal over de knelpunten in het gemeentefonds af te geven.

Daarom hebben de fracties van D66, Partij voor de Dieren, GroenLinks, VVD, PvdA, PVV, SP, Student & Starter, DENK, CU en CDA de volgende vragen:

1. Is het college bereid het analyse-instrument (zie bijlage), als door dr. J. de Kruijf ontwikkeld en door de gemeente Enschede gebruikt, ook voor de gemeente Utrecht in te vullen c.q. te gebruiken, opdat er landelijke benchmark ontstaat en een bewijslast aan de minister overhandigd kan worden over de structurele weeffouten in het systeem?

2. Kan het college bekijken in hoeverre meer voor Utrecht relevante zaken (bijv. de herverdeling van het geld voor onderwijsachterstanden) ook meegenomen kan worden in het model?

3. Wil het college de raad over de uitkomsten informeren, opdat de raad deze gegevens aan de minister kan verstrekken? Zo ja, wat is een termijn die niet te ver weg ligt en wel haalbaar is?

Has Bakker, D66
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
GroenLinks
VVD
PvdA
PVV
SP
Student & Starter
DENK
CU
CDA

Indiendatum: 12 mrt. 2020
Antwoorddatum: 12 mrt. 2020

Mondelinge vragen 8, 12 maart 2020

Veel gemeenten verkeren financieel in zwaar weer en moeten bezuinigen. Voor een groot deel wordt dit veroorzaakt door landelijk beleid en kortingen vanuit het rijk. Dit komt onder andere voort uit:
- de decentralisaties in het sociaal domein en bijbehorende kortingen (tot wel 30%);
- het feit dat gemeenten wettelijke hulpvragen in het sociaal domein niet mag weigeren;
- een ‘opschalingskorting’ van 1 miljard euro uit het gemeentefonds;
- voor gemeenten nauwelijks ruimte om eigen inkomsten te genereren of te verhogen;
- en gemeenten (in tegenstelling tot het Rijk) moeten structureel sluitende begrotingen voeren.
De klassieke autonomie van gemeenten staat hierdoor onder druk. Weliswaar niet zo heftig als op andere plekken, toch proeft ook Utrecht hier de zure vruchten van. Een voorbeeld hiervan is de impact van de herverdeling van het geld voor onderwijsachterstanden. De gemeenteraad van Enschede heeft onlangs het initiatief genomen om een analyse (zie bijlage ‘Aanbiedingsbrief Enschede’) door Dr. J. de Kruijf (Radboud Universiteit) laten uitvoeren naar wat de gevolgen van de bezuinigingen en risico-overdracht van het Rijk zijn op gemeentelijke uitgaven. Zo wordt duidelijk welke tekorten door landelijk en welke door gemeentelijk beleid worden veroorzaakt.

In Enschede is het onderzoek reeks uitgevoerd: “De uitkomsten bewijzen eenduidig en onomstreden de stelling dat bezuinigingen en risico-overdracht door het Rijk een zeer belangrijke rol spelen bij de zwakke financiële positie van de gemeente.” De gemeenteraad van Enschede stelt dat hierdoor ook de sociale cohesie in de gemeente onder druk komt te staan.

Wanneer zoveel mogelijk gemeenten dit onderzoek doen, kunnen de uitkomsten gebundeld naar het minister van BZK gezonden worden. Deze dienen als benchmark en tevens als bewijslast dat er structurele weeffouten in het systeem zitten waar gemeenten de dupe van zijn. Het onderwerp gemeentefonds staat nu volop in de schijnwerpers. Als er eenmaal een besluit over herverdeling van het gemeentefonds is genomen, dan is dat een besluit dat voor langere tijd niet meer aan verandering onderhevig zal zijn. Juist daarom is dit ook het moment om als gemeenten gezamenlijk een krachtig signaal over de knelpunten in het gemeentefonds af te geven.

Daarom hebben de fracties van D66, Partij voor de Dieren, GroenLinks, VVD, PvdA, PVV, SP, Student & Starter, DENK, CU en CDA de volgende vragen:

1. Is het college bereid het analyse-instrument (zie bijlage), als door dr. J. de Kruijf ontwikkeld en door de gemeente Enschede gebruikt, ook voor de gemeente Utrecht in te vullen c.q. te gebruiken, opdat er landelijke benchmark ontstaat en een bewijslast aan de minister overhandigd kan worden over de structurele weeffouten in het systeem?

Volmondig ja.

2. Kan het college bekijken in hoeverre meer voor Utrecht relevante zaken (bijv. de herverdeling van het geld voor onderwijsachterstanden) ook meegenomen kan worden in het model?

De kracht van zo'n benchmark is dat alle gemeenten dezelfde informatie leveren. Als wij daar dingen aan willen veranderen, dan denk ik dat dit tot vertraging leidt die wij beter niet kunnen hebben, omdat de besluitvorming over de herverdeling van het gemeentefonds vóór het einde van de zomer wordt verwacht. Het is belangrijk dat onze input dan ook meekan. Wat wij wél kunnen doen - en wat ik wil voorstellen - is dat wij in de toelichting die wij hierbij kunnen geven ook specifiek ingaan op voor Utrecht relevante zaken, waaronder bijvoorbeeld het onderwijsachterstandenbeleid, zodat dit op die manier helder is. Dat zullen wij ook via alle andere kanalen blijven doen.

3. Wil het college de raad over de uitkomsten informeren, opdat de raad deze gegevens aan de minister kan verstrekken? Zo ja, wat is een termijn die niet te ver weg ligt en wel haalbaar is?

Ja, wij willen dat graag zo snel mogelijk doen. Ik zeg daar bij: uiterlijk tweede kwartaal, niet helemaal aan het einde daarvan. De eenvoudige reden daarvan is dat wij nu heel druk bezig zijn met de voorbereiding van de jaarstukken en de voorjaarsnota. Zodra het lukt, komt ook dit naar de raad toe.

Has Bakker, D66
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
GroenLinks
VVD
PvdA
PVV
SP
Student & Starter
DENK
CU
CDA

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen Aanwijzing William Schrikker Stichting door de Inspectie

Lees verder

Mondelinge vragen Kringlooppunten in het Zocherpark?!

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer