Monde­linge vragen Jongeren aan de Utrechtse Klimaat­tafel


Indiendatum: 17 okt. 2019

Mondelinge vragen 4, 17 oktober 2019

In het AD van 3 oktober 2019 staat: “Jongeren ontbreken vaak aan de regionale klimaattafels. In De Bilt lukte het wel om deze doelgroep mee te laten praten over hun toekomst. Nu volgen twaalf andere gemeenten uit de provincie: Wijk bij Duurstede, Vijfheerenlanden, Nieuwegein, Houten, IJsselstein, Zeist, Stichtse Vecht, Veenendaal, Utrechtse Heuvelrug, Soest, Leusden en Woerden”. Dit is onderdeel van een project van de provincie Utrecht en de Natuur- en Milieufederatie Utrecht (NMU).

De Partij voor de Dieren en D66 hebben hierover de volgende vragen:

1. Is het college het met de Partij voor de Dieren en D66 eens dat het belangrijk is om zoveel mogelijk kansen aan te grijpen om jongeren te betrekken bij klimaatgesprekken, omdat het vooral ook om hun toekomst gaat en zij zich steeds meer (en misschien wel vaker dan ‘ouderen’) inzetten voor het behoud van de planeet?

2. Hoe biedt de gemeente Utrecht jongeren een volwaardige plek aan tafel bij de ontwikkeling van het klimaatbeleid?

3. Waarom heeft de gemeente Utrecht besloten zich niet aan te sluiten bij het project van NMU om jongerenparticipatie te bevorderen?

4. Is het college bereid om in gesprek te gaan met NMU om te bezien hoe de gemeente Utrecht op een aansprekende manier aan de slag kan gaan met het project om meer jongeren te betrekken bij klimaatgesprekken in Utrecht? Zo nee, waarom niet?

Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Maarten Koning, D66

Indiendatum: 17 okt. 2019
Antwoorddatum: 17 okt. 2019

Mondelinge vragen 4, 17 oktober 2019

In het AD van 3 oktober 2019 staat: “Jongeren ontbreken vaak aan de regionale klimaattafels. In De Bilt lukte het wel om deze doelgroep mee te laten praten over hun toekomst. Nu volgen twaalf andere gemeenten uit de provincie: Wijk bij Duurstede, Vijfheerenlanden, Nieuwegein, Houten, IJsselstein, Zeist, Stichtse Vecht, Veenendaal, Utrechtse Heuvelrug, Soest, Leusden en Woerden”. Dit is onderdeel van een project van de provincie Utrecht en de Natuur- en Milieufederatie Utrecht (NMU).

De Partij voor de Dieren en D66 hebben hierover de volgende vragen:

1. Is het college het met de Partij voor de Dieren en D66 eens dat het belangrijk is om zoveel mogelijk kansen aan te grijpen om jongeren te betrekken bij klimaatgesprekken, omdat het vooral ook om hun toekomst gaat en zij zich steeds meer (en misschien wel vaker dan ‘ouderen’) inzetten voor het behoud van de planeet?

Zie hieronder

2. Hoe biedt de gemeente Utrecht jongeren een volwaardige plek aan tafel bij de ontwikkeling van het klimaatbeleid?

Zie hieronder

3. Waarom heeft de gemeente Utrecht besloten zich niet aan te sluiten bij het project van NMU om jongerenparticipatie te bevorderen?

Zie hieronder

4. Is het college bereid om in gesprek te gaan met NMU om te bezien hoe de gemeente Utrecht op een aansprekende manier aan de slag kan gaan met het project om meer jongeren te betrekken bij klimaatgesprekken in Utrecht? Zo nee, waarom niet?

Zie hieronder

Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Maarten Koning, D66

Antwoord wethouder Van Hooijdonk:

Natuurlijk vinden wij het belangrijk om jongeren bij het beleid te betrekken, net als alle andere burgers. Het valt niet altijd mee om een divers gezelschap te bereiken. Dat geldt niet alleen voor jongeren, maar ook voor allerlei andere doelgroepen. Wij proberen sowieso Utrechters op verschillende manieren te bereiken. Het is bekend dat wij dat ooit via loting hebben gedaan. Wij doen dat met focusgroepen, door het gebruiken van de vaste klankbordgroepen van de gemeente en door het bereiken van groepen die zich al hebben georganiseerd. Er zal wetenschappelijk onderzoek worden gedaan om dat te kunnen doen. Wij proberen echt een aantal instrumenten in te zetten om met mensen in gesprek te komen. In de planning staat om in het begin van 2020 van het stadsgesprek een soort herhaling te doen. Dan kunnen wij zoeken naar nieuwe vormen daarvoor.

Destijds is besloten om niet aan het project van Natuur en Milieufederatie Utrecht mee te doen. Wij hebben de afweging gemaakt dat wij een aantal zeer grote trajecten hebben lopen: de transitievisie warmte, de regionale energiestrategie, Rijnenburg en Overvecht Noord. Als wij die trajecten goed willen doen, slurpen die al onze capaciteit op. Het aanbod van de Natuur en Milieufederatie Utrecht sloot daar niet goed op aan. Wat wij sowieso niet doen, is mensen in het wilde weg vragen wat zij van het klimaat vinden of mensen klimaatbewust maken. Dat maakt geen deel uit van onze mix. Wat wij doen, is participatie die is gericht op het door de gemeente maken van keuzes. Wij hebben destijds de keuze gemaakt om onze capaciteit hiervoor niet in te zetten, omdat het een schot hagel was en niet echt aan de andere trajecten was verbonden.

Wij plannen voor het begin van 2020 een nieuwe ronde van het stadsgesprek. Daarna kunnen wij nadenken over welke nieuwe vormen wij daarvoor kunnen benutten, de swipocratie zoals men die noemt. Dat kan een manier zijn om mensen te bereiken. Als wij daarvan kunnen leren, doen wij dat graag.

Aanvullende vraag Partij voor de Dieren: Ik dank de wethouder voor haar reactie. Is zij bereid om als wij bijvoorbeeld de swipocratie bekijken, contact op te nemen met de Natuur- en Milieufederatie Utrecht om te zien of zij aan het vormgeven kunnen bijdragen?

Wethouder Van Hooijdonk: Wij kunnen altijd contact opnemen met de Natuur- en Milieufederatie Utrecht om na te gaan of wij iets hebben aan de ervaringen die de federatie heeft opgedaan.