Monde­linge vragen Oppassen geblazen voor de blad­blazer


Indiendatum: 2 feb. 2023

Mondelinge vragen 2, 2 februari 2023

Op 26 januari jl. ontving de gemeenteraad een e-mail van Groengroep 507. Deze actieve bewonersgroep maakt zich zorgen om het verwijderen van bladeren uit openbaar groen door de inzet van bladblazers. Groengroep 507 geeft aan in ‘complex 507’ van woningcorporatie Bo-Ex met tientallen bewoners en met gemeentelijke subsidie ‘vele meters groen’ aan geveltuinen te hebben aangelegd, en alle boomspiegels in eigen beheer te hebben. Gevallen bladeren voegen zij toe aan de boomspiegels en de geveltuinen, omdat dit van toegevoegde waarde is voor de biodiversiteit. De groep geeft aan afgelopen november aan Stadsbedrijven te hebben verzocht geen bladeren uit het door hen aanlegde groen te verwijderen. Helaas is hier geen gehoor aan gegeven. Al het blad uit de geveltuinen en boomspiegels is weggeblazen. Een daaropvolgend gesprek dat Groengroep 507 had met een medewerker van Stadsbedrijven lijkt er zelfs op te wijzen dat binnen Stadsbedrijven en bij uitvoerders de opvatting leeft dat blad verwijderd dient te worden uit openbaar groen. Het beleid is dat het juist niet wordt verwijderd. De fracties van PvdD, Volt, Utrecht Solidair en PvdA kunnen zich de teleurstelling van de bewoners goed voorstellen.

Naar aanleiding van bovenstaande hebben wij dan ook de volgende vragen:

1. Is het college het met de fracties eens dat het erg onwenselijk is dat bladblazers bladeren verwijderen uit openbaar groen?

2. Hoe kan het dat er blijkbaar binnen Stadsbedrijven en bij uitvoerders afwijkende opvattingen bestaan over het Utrechtse beleid ten aanzien van bladeren in openbaar groen?

Het beleid is dat blad zoveel mogelijk onaangetast wordt gelaten (op gras, in perken, in boomspiegels, et cetera). Het dient onder andere als schuilplaats voor insecten en andere dieren, maar het heeft ook een functie in de bescherming van vaste planten, of wanneer de bladeren gaan composteren. Voor de veiligheid worden bladeren soms weggehaald van de stoep of van fietspaden, maar niet van het openbaar groen.

3. Hoe gaat het college ervoor zorgen dat dit beleid algemeen bekend wordt binnen Stadsbedrijven en bij uitvoerders?

4. Hoe gaat het college er bovendien voor zorgen dat dit beleid in de praktijk navolging gaat krijgen, en dat situaties zoals zojuist geschetst voortaan worden voorkomen?

Lisanne Snippe, Partij voor de Dieren
Charlotte Passier, Volt
Yvonne Hessel, Utrecht Solidair
Joachim Cornielje, PvdA

Indiendatum: 2 feb. 2023
Antwoorddatum: 2 feb. 2023

Mondelinge vragen 2, 2 februari 2023

Op 26 januari jl. ontving de gemeenteraad een e-mail van Groengroep 507. Deze actieve bewonersgroep maakt zich zorgen om het verwijderen van bladeren uit openbaar groen door de inzet van bladblazers. Groengroep 507 geeft aan in ‘complex 507’ van woningcorporatie Bo-Ex met tientallen bewoners en met gemeentelijke subsidie ‘vele meters groen’ aan geveltuinen te hebben aangelegd, en alle boomspiegels in eigen beheer te hebben. Gevallen bladeren voegen zij toe aan de boomspiegels en de geveltuinen, omdat dit van toegevoegde waarde is voor de biodiversiteit. De groep geeft aan afgelopen november aan Stadsbedrijven te hebben verzocht geen bladeren uit het door hen aanlegde groen te verwijderen. Helaas is hier geen gehoor aan gegeven. Al het blad uit de geveltuinen en boomspiegels is weggeblazen. Een daaropvolgend gesprek dat Groengroep 507 had met een medewerker van Stadsbedrijven lijkt er zelfs op te wijzen dat binnen Stadsbedrijven en bij uitvoerders de opvatting leeft dat blad verwijderd dient te worden uit openbaar groen. Het beleid is dat het juist niet wordt verwijderd. De fracties van PvdD, Volt, Utrecht Solidair en PvdA kunnen zich de teleurstelling van de bewoners goed voorstellen.

Naar aanleiding van bovenstaande hebben wij dan ook de volgende vragen:

1. Is het college het met de fracties eens dat het erg onwenselijk is dat bladblazers bladeren verwijderen uit openbaar groen?

2. Hoe kan het dat er blijkbaar binnen Stadsbedrijven en bij uitvoerders afwijkende opvattingen bestaan over het Utrechtse beleid ten aanzien van bladeren in openbaar groen?

Het beleid is dat blad zoveel mogelijk onaangetast wordt gelaten (op gras, in perken, in boomspiegels, et cetera). Het dient onder andere als schuilplaats voor insecten en andere dieren, maar het heeft ook een functie in de bescherming van vaste planten, of wanneer de bladeren gaan composteren. Voor de veiligheid worden bladeren soms weggehaald van de stoep of van fietspaden, maar niet van het openbaar groen.

3. Hoe gaat het college ervoor zorgen dat dit beleid algemeen bekend wordt binnen Stadsbedrijven en bij uitvoerders?

4. Hoe gaat het college er bovendien voor zorgen dat dit beleid in de praktijk navolging gaat krijgen, en dat situaties zoals zojuist geschetst voortaan worden voorkomen?

Lisanne Snippe, Partij voor de Dieren
Charlotte Passier, Volt
Yvonne Hessel, Utrecht Solidair
Joachim Cornielje, PvdA

Beantwoording wethouder:

Voorzitter! Voordat ik op de vragen inga, is het misschien goed om nog wat te zeggen over de situatie bij het Complex 507. Volgens mij is dat hier op deze plek niet goed gegaan en ik ben blij dat de bewoners dan ook aan de bel hebben getrokken. Naar aanleiding van dat signaal is de opzichter langs geweest om de situatie te bespreken en ervoor te zorgen dat het blad zoveel mogelijk werd teruggebracht. Het is hiermee ook wel weer duidelijk geworden dat nog niet voor al onze uitvoerders helder is hoe het beleid in elkaar zit. Dat kan ook zeker beter, wat ons betreft.

In antwoord op de eerste vraag kan ik in ieder geval aangeven dat het college het met de fracties eens is dat bladeren moeten blijven liggen waar dat kan. Wij verwijderen bladeren uit de openbare ruimte en uit openbaar groen in principe behalve wanneer dat ten koste gaat van de veiligheid, toegankelijkheid of functionaliteit van de openbare ruimte, of wanneer het blad het groen kan verstikken. Vanuit deze overwegingen blijft het blad dus niet overal liggen, maar het beleid is dat het blad wel zo veel mogelijk blijft liggen waar dat mogelijk is.
Op de tweede vraag kan ik aangeven dat de uitvoering uiteindelijk toch altijd mensenwerk is. Het gebeurt af en toe toch, bijvoorbeeld wanneer een uitvoerder nieuw is of dat er toch iemand is die niet goed op de hoogte is. Daar moeten we blijvend aandacht voor hebben.

Wat betreft vraag 3 kan ik aangeven dat we voortdurend bezig zijn met het instrueren en opleiden van onze medewerkers en uitvoerders. We zullen extra aandacht besteden aan dit onderwerp in de komende tijd, maar we merken dat het voor onze uitvoerders soms ook wel complex beleid is. Het beleid vraagt namelijk altijd een inschatting op dat moment of het blad kan wegwaaien en op een later moment alsnog voor overlast of een onveilige situatie kan zorgen. Op basis van deze
inschatting wordt het blad al dan niet verwijderd.

In antwoord op vraag 4 kan ik aangeven dat wij er door instructie en opleiding voor zorgen dat het beleid zo goed mogelijk uitgevoerd wordt, maar dat het niet mogelijk is om dit in alle situaties compleet te voorkomen. Het dagelijks onderhoud van onze stad blijft immers mensenwerk. Dat laat onverlet dat we eigenlijk meer aandacht besteden aan de uitvoering, juist om te spreken met onze medewerkers hierover en dat wij de komende tijd in onze werkwijze daar extra aandacht voor hebben.

Interessant voor jou

Mondelinge vragen Prijsstijging deelvervoer slechte stimulans voor duurzame keuzes

Lees verder

Mondelinge vragen Slachtofferhulp nav aardbevingen Turkije en Syrië

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer