Schriftelijke vragen Biodiversiteit in Groen Groeit Mee
Indiendatum: 29 mrt. 2021
Schriftelijke vragen 92/2021
In de raadsbrief Onderwerp U10: Groen Groeit Mee en bijlage staan vijf
waarden die de basis vormen voor uitwerking van het programma Groen Groeit Mee. Eén van die waarden is ‘veerkrachtige natuur’, maar biodiversiteit ontbreekt als expliciete nastrevenswaardige waarde. Met het oog op de biodiversiteitscrisis zou ecologische kwaliteit een expliciete waarde in dat rijtje van 5 moeten zijn.
De Partij voor de Dieren vroeg daarom in het vragenuur van 11 maart jl. of de wethouder haar positie als bestuurlijk vertegenwoordiger van dit programma, kan benutten om ervoor te zorgen dat versterking van biodiversiteit expliciet als waarde wordt toegevoegd als basis van dit programma. De wethouder antwoordde op onze vraag dat zij van mening is dat een hoge ecologische kwaliteit reeds onderdeel uitmaakt van de waarde ‘veerkrachtige natuur’, welke 1 van de 5 waarden is.
De Partij voor de Dieren heeft opnieuw gekeken naar de Informatiebrief Programma Groen Groeit Mee, het hoofdrapport Utrecht Buiten en de raadsbrief U10 Groen Groeit Mee. We concluderen opnieuw dat de waarde ‘biodiversiteit’ niet expliciet staat vermeld, en überhaupt maar weinig wordt benoemd in de documenten. Onze fractie deelt de interpretatie dat hoge ecologische kwaliteit dan wel biodiversiteit verankerd liggen binnen het begrip ‘veerkrachtige natuur niet. Dit begrip is namelijk zeer abstract en zegt niets concreet over de biodiversiteit.
De Partij voor de Dieren stelt naar aanleiding van bovenstaande daarom de volgende vervolgvragen:
1. Wat is er volgens de wethouder op tegen om behoud en versterking van biodiversiteit als waarde toe te voegen als basis voor het programma Groen Groeit Mee?
2. Deelt de wethouder de mening dat ‘veerkrachtige natuur’ een abstracte beschrijving is die verschillend geïnterpreteerd kan worden en dat het daarom verstandig is om biodiversiteit en ecologische kwaliteit expliciet te maken?
3. Is de wethouder het met de Partij voor de Dieren eens dat het benoemen van de biodiversiteitscrisis en expliciet maken van het streven naar behouden en versterken van biodiversiteit, en het nemen van maatregelen hiertoe, eerste stappen zijn in het aanpakken van deze crisis?
4. Is de wethouder bereid zich er binnen het programma Groen Groeit Mee voor in te spannen behoud en versterking van biodiversiteit expliciet aan de basis van dit programma toe te voegen?
Anne Sasbrink, Partij voor de Dieren
Indiendatum:
29 mrt. 2021
Antwoorddatum: 20 apr. 2021
Schriftelijke vragen 92/2021
In de raadsbrief Onderwerp U10: Groen Groeit Mee en bijlage staan vijf
waarden die de basis vormen voor uitwerking van het programma Groen Groeit Mee. Eén van die waarden is ‘veerkrachtige natuur’, maar biodiversiteit ontbreekt als expliciete nastrevenswaardige waarde. Met het oog op de biodiversiteitscrisis zou ecologische kwaliteit een expliciete waarde in dat rijtje van 5 moeten zijn.
De Partij voor de Dieren vroeg daarom in het vragenuur van 11 maart jl. of de wethouder haar positie als bestuurlijk vertegenwoordiger van dit programma, kan benutten om ervoor te zorgen dat versterking van biodiversiteit expliciet als waarde wordt toegevoegd als basis van dit programma. De wethouder antwoordde op onze vraag dat zij van mening is dat een hoge ecologische kwaliteit reeds onderdeel uitmaakt van de waarde ‘veerkrachtige natuur’, welke 1 van de 5 waarden is.
De Partij voor de Dieren heeft opnieuw gekeken naar de Informatiebrief Programma Groen Groeit Mee, het hoofdrapport Utrecht Buiten en de raadsbrief U10 Groen Groeit Mee. We concluderen opnieuw dat de waarde ‘biodiversiteit’ niet expliciet staat vermeld, en überhaupt maar weinig wordt benoemd in de documenten. Onze fractie deelt de interpretatie dat hoge ecologische kwaliteit dan wel biodiversiteit verankerd liggen binnen het begrip ‘veerkrachtige natuur niet. Dit begrip is namelijk zeer abstract en zegt niets concreet over de biodiversiteit.
De Partij voor de Dieren stelt naar aanleiding van bovenstaande daarom de volgende vervolgvragen:
1. Wat is er volgens de wethouder op tegen om behoud en versterking van biodiversiteit als waarde toe te voegen als basis voor het programma Groen Groeit Mee?
Zoals eerder door de portefeuillehouder in antwoord op mondelinge vragen vanuit de raad is aangegeven, is een toevoeging niet nodig. Versterking van de biodiversiteit staat als volgt geborgd in het plan van aanpak voor het programma Groen Groeit Mee: ‘De natuur heeft een rijke biodiversiteit en is veerkrachtig’.
2. Deelt de wethouder de mening dat ‘veerkrachtige natuur’ een abstracte beschrijving is die verschillend geïnterpreteerd kan worden en dat het daarom verstandig is om biodiversiteit en ecologische kwaliteit expliciet te maken?
Veerkrachtige natuur kan alleen bestaan als die natuur robuust, verbonden en biodivers is. Een rijke biodiversiteit is daarom expliciet benoemd als uitgangspunt (zie het antwoord op vraag 1).
3. Is de wethouder het met de Partij voor de Dieren eens dat het benoemen van de biodiversiteitscrisis en expliciet maken van het streven naar behouden en versterken van biodiversiteit, en het nemen van maatregelen hiertoe, eerste stappen zijn in het aanpakken van deze crisis?
Wij onderschrijven met de Partij voor de Dieren het bestaan van de biodiversiteitscrisis. Zoals bij antwoord 1 aangegeven, is daarom een rijke biodiversiteit benoemd als één van de uitgangspunten van Groen Groeit Mee.
4. Is de wethouder bereid zich er binnen het programma Groen Groeit Mee voor in te spannen behoud en versterking van biodiversiteit expliciet aan de basis van dit programma toe te voegen?
Bevorderen van biodiversiteit is al een belangrijk onderdeel van het programma; wij zullen erop toezien dat dit een integraal onderdeel blijft uitmaken van de opgave.
Anne Sasbrink, Partij voor de Dieren
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Mondelinge vragen Psychische gezondheid van jongeren is geen verdienmodel
Lees verderSchriftelijke vragen Aanvullende waarborgen bodycams handhavers
Lees verder