Schriftelijke vragen Fossiele reclame is aanstootgevend
Indiendatum: 16 dec. 2020
Schriftelijke vragen 289/2020
Terwijl de opwarming van de aarde afstevent op mogelijk zelfs drie graden, de Utrechtse raad de Klimaatcrisis uitriep (Motie 168/2019) en zich heeft verbonden aan de Global Goals, hebben bedrijven in de fossiele industrie volop mogelijkheid om hun producten aan te prijzen in de openbare ruimte. Op straat zien we reclames voor (verre) vliegvakanties, vervoersmiddelen die op benzine of diesel rijden en bedrijven die anderszins in de olie- of kolensector actief zijn. De Partij voor de Dieren neemt hier aanstoot aan, net als de initiatiefnemers van een landelijk burgerinitiatief voor een verbod op fossiele reclame (zie https://actie.degoedezaak.org/petitions/burgerinitiatief-verbied-fossiele-reclame-1). Maar waarom wachten op landelijke stappen, als we ook lokaal iets tegen fossiele reclame kunnen doen? Zowel in de ‘Reclameverordening gemeente Utrecht 2017’ als het document ‘Welstandscriteria en richtlijnen’ zien we geen mogelijkheden, maar ook geen onmogelijkheden om fossiele reclame uit Utrecht te bannen.
De Partij voor de Dieren heeft dan ook de volgende vragen:
1. In hoeverre kloppen onze inschattingen dat het in Utrecht momenteel nog niet mogelijk is om bepaalde vormen van reclame op basis van inhoud te verbieden, evenals dat het opnemen van een verbod op basis van inhoud wél mogelijk zou zijn? Welke praktische en juridische mogelijkheden ziet het college om fossiele reclame te verbieden?
2. In hoeverre is het college het eens met de stelling dat we in onze gemeente geen reclame zouden moeten maken voor fossiele producten, omdat dit niet bijdraagt aan ons duurzaamheidsbeleid? Kan het college hierbij specifiek ingaan op de volgende aspecten?:
- extra impulsen voor de fossiele industrie zijn onwenselijk vanwege de klimaatcrisis;
- fossiele reclame is misleidend, omdat goedkope verleidingen uiteindelijk duurbetaald worden vanwege de gevolgen voor de planeet.
3. In hoeverre kan het college zich voorstellen dat inwoners van Utrecht fossiele reclame aanstootgevend vinden en dat zij niet met deze vorm van reclame geconfronteerd willen worden vanwege hun zorgen om het klimaat en de leefbaarheid van de aarde?
4. Is het college bereid om fossiele reclame in Utrecht aan banden te leggen, bijvoorbeeld door de documenten genoemd in de inleiding hierop aan te passen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer?
5. Als een lokaal verbod juridisch niet mogelijk zou zijn, is het college dan bereid om bij het vernieuwen van bestaande dan wel het afsluiten van nieuwe contracten met reclame-exploitanten voortaan op te nemen dat er geen reclame meer gemaakt mag worden voor fossiele producten? Zo nee, waarom niet?
6. Mocht het college van mening zijn dat lokale stappen tegen fossiele reclame niet mogelijk of wenselijk zijn, is het college dan bereid in overleg te treden met de Rijksoverheid om dit landelijk mogelijk te maken? Zo nee, waarom niet?
7. Raadsfracties in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag hebben hun colleges gevraagd zich in te zetten voor een verbod op fossiele reclame. Is het college bereid om samen met deze gemeenten op te trekken ten behoeve van een verbod op fossiele reclame? Zo nee, waarom niet?
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Indiendatum:
16 dec. 2020
Antwoorddatum: 5 mrt. 2021
Schriftelijke vragen 289/2020
Terwijl de opwarming van de aarde afstevent op mogelijk zelfs drie graden, de Utrechtse raad de Klimaatcrisis uitriep (Motie 168/2019) en zich heeft verbonden aan de Global Goals, hebben bedrijven in de fossiele industrie volop mogelijkheid om hun producten aan te prijzen in de openbare ruimte. Op straat zien we reclames voor (verre) vliegvakanties, vervoersmiddelen die op benzine of diesel rijden en bedrijven die anderszins in de olie- of kolensector actief zijn. De Partij voor de Dieren neemt hier aanstoot aan, net als de initiatiefnemers van een landelijk burgerinitiatief voor een verbod op fossiele reclame (zie https://actie.degoedezaak.org/petitions/burgerinitiatief-verbied-fossiele-reclame-1). Maar waarom wachten op landelijke stappen, als we ook lokaal iets tegen fossiele reclame kunnen doen? Zowel in de ‘Reclameverordening gemeente Utrecht 2017’ als het document ‘Welstandscriteria en richtlijnen’ zien we geen mogelijkheden, maar ook geen onmogelijkheden om fossiele reclame uit Utrecht te bannen.
De Partij voor de Dieren heeft dan ook de volgende vragen:
1. In hoeverre kloppen onze inschattingen dat het in Utrecht momenteel nog niet mogelijk is om bepaalde vormen van reclame op basis van inhoud te verbieden, evenals dat het opnemen van een verbod op basis van inhoud wél mogelijk zou zijn? Welke praktische en juridische mogelijkheden ziet het college om fossiele reclame te verbieden?
Adverteerders hebben in Nederland veel mogelijkheden om hun product onder de aandacht te brengen. Dat kan bijvoorbeeld via televisie, internet, kranten en tijdschriften en ook middels buitenreclame op straat. Om de kwaliteit van reclame te bewaken geldt als uitgangspunt voor wat inhoudelijk wel en niet acceptabel is aan reclame-uitingen dat zij voldoen aan de Nederlandse
Reclame Code, opgesteld door de Reclame Code Commissie. Zo mag een reclame niet in strijd zijn met de wet, het algemeen belang schaden of het publiek misleiden. Verder zijn er artikelen opgenomen om het jongere publiek voor misleiding te behoeden. De Nederlandse Reclame Code wordt landelijk door alle (markt)partijen gehanteerd. In Nederland geldt alleen een wettelijk verbod op tabaksreclame en is de reclame voor alcohol aan strikte regels gebonden.
De gemeentelijke Reclameverordening en de reclamerichtlijnen zoals vastgelegd in de welstandsnota zien vooral toe op regulering en wijze van plaatsing van reclame-uitingen, inclusief de uiterlijke verschijningsvorm. Op dit moment is er geen hogere wetgeving op basis waarvan een gemeente een verbod kan uitvaardigen op fossiele reclames. Wij zien op dit moment onvoldoende juridische ruimte om verdergaande beperkingen op te leggen aan reclame-uitingen op gemeentelijke reclamevoorzieningen dan hetgeen in de Nederlandse Reclame Code is vastgelegd.
2. In hoeverre is het college het eens met de stelling dat we in onze gemeente geen reclame zouden moeten maken voor fossiele producten, omdat dit niet bijdraagt aan ons duurzaamheidsbeleid? Kan het college hierbij specifiek ingaan op de volgende aspecten?:
- extra impulsen voor de fossiele industrie zijn onwenselijk vanwege de klimaatcrisis;
- fossiele reclame is misleidend, omdat goedkope verleidingen uiteindelijk duurbetaald worden vanwege de gevolgen voor de planeet.
Wij delen met u dat de zorg voor ons klimaat, waaronder het terugdringen van de uitstoot van vervuilende stoffen en het verbeteren van de luchtkwaliteit, een van onze belangrijkste opgaven is. Daarom investeren we in duurzame vormen van schoon vervoer en nieuwe energie en in het gasloos maken van wijken. We willen daarmee onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen voor vervoer,
bedrijvigheid en de verwarming van onze huizen verminderen. Als aangegeven in antwoord 1, zien wij momenteel geen juridische ruimte om beperkingen op te leggen aan fossiele reclames.
3. In hoeverre kan het college zich voorstellen dat inwoners van Utrecht fossiele reclame aanstootgevend vinden en dat zij niet met deze vorm van reclame geconfronteerd willen worden vanwege hun zorgen om het klimaat en de leefbaarheid van de aarde?
Wij kunnen ons dergelijke gevoelens voorstellen, evenals vergelijkbare of andersoortige emoties bij andere vormen van reclame.
4. Is het college bereid om fossiele reclame in Utrecht aan banden te leggen, bijvoorbeeld door de documenten genoemd in de inleiding hierop aan te passen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, per wanneer?
Zie het antwoord op vraag 1. Wij horen op dit moment van verschillende zijden geluiden die oproepen tot een verbod op fossiele reclame, zowel landelijk (onder andere het in uw vragen genoemde burgerinitiatief) als in de G4. Wij spreken hierover met andere steden in G4-verband, volgen de landelijke ontwikkelingen en het maatschappelijk debat nauwgezet en zullen aan de hand daarvan
eventuele verdere afwegingen maken.
5. Als een lokaal verbod juridisch niet mogelijk zou zijn, is het college dan bereid om bij het vernieuwen van bestaande dan wel het afsluiten van nieuwe contracten met reclame-exploitanten voortaan op te nemen dat er geen reclame meer gemaakt mag worden voor fossiele producten? Zo nee, waarom niet?
Zie het antwoord op vraag 1.
6. Mocht het college van mening zijn dat lokale stappen tegen fossiele reclame niet mogelijk of wenselijk zijn, is het college dan bereid in overleg te treden met de Rijksoverheid om dit landelijk mogelijk te maken? Zo nee, waarom niet?
Zie het antwoord op vraag 4.
7. Raadsfracties in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag hebben hun colleges gevraagd zich in te zetten voor een verbod op fossiele reclame. Is het college bereid om samen met deze gemeenten op te trekken ten behoeve van een verbod op fossiele reclame? Zo nee, waarom niet?
Zie het antwoord op vraag 4.
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen Variasetje openstaande vragen II en enkele nieuwe vragen
Lees verderSchriftelijke vragen Onnodige bomenkap Lunetten
Lees verder