Schrif­te­lijke vragen Inlich­tin­gen­dienst van politie bespi­o­neert illegaal onschuldige burgers


Indiendatum: 25 mei 2023

Schriftelijke vragen 101/2023

Op 15 mei 2023 verscheen het artikel ''Inlichtingendienst van politie bespioneert illegaal onschuldige burgers''1 waarin staat dat de politie al jaren onwettige informatie verzamelt over onschuldige Nederlanders, zoals mensen die zich geweldloos inzetten voor dierenrechten, het klimaat of simpelweg omdat mensen islamitisch zijn. Dit onwettige verzamelen van gegevens wordt gedaan door het Team Openbare Orde Inlichtingen (TOOI). Het TOOI maakt zich volgens het artikel schuldig aan infiltratie in groepen, het stiekem volgen van onschuldige mensen, het volgen wat mensen online doen, het betalen van informanten voor informatie over burgers, waarbij ook in het geheim ´risicoprofielen´ worden gemaakt.

Een van de voorbeelden is een vreedzame en aangekondigde demonstratie van dertig man welke door het TOOI werd aangemerkt als 'milieu-extremisme'. Vervolgens zijn participerende burgers vervolgens een zogenaamde ´CTER` code achter hun naam in de registratiesystemen van de politie opgenomen om hen te brandmerken als ´mogelijk risico voor de verstoring van de openbare orde´. Bij personen met zo'n code achter de naam gaat de politie sneller over tot het gebruik van geweldsmiddelen zoals het gebruik van handboeien. Agenten op straat worden gevraagd om zoveel mogelijk informatie over CTER-personen te noteren en de politie deelt die CTER-informatie vervolgens weer met binnenlandse- en buitenlandse opsporingsdiensten zoals Europol en Interpol.

Dit is schrijnend. Zeker omdat de wettelijke basis ontbreekt. Waar de controle op het strafrechtelijk inwinnen van informatie is geregeld door uitgebreide regelgeving, betrokkenheid van een officier van justitie of een rechter-commissaris, is er nauwelijks tot geen controle op het geheim inwinnen van informatie voor de openbare orde.

Het onderzoek stelt bovendien ook dat burgemeesters de verantwoordelijkheid hebben voor toezicht op het handelen van het TOOI, maar dat dit nu nauwelijks gebeurt. Er worden vraagtekens gezet bij of burgemeesters in Nederland zich hier bewust van zijn.

De fracties van GroenLinks, D66, PvdD en BIJ1 zijn geschokt over deze praktijken, zien hierin een ‘chilling effect’ op activisme en demonstraties in het algemeen, en oordelen dat deze surveillance praktijken zonder toetsing op zeer gespannen voet staan met mensenrechten. De fracties vinden dat een vermoeden voor verstoring van openbare orde volstrekt onvoldoende is voor ernstige inbreuken op de privacy en hebben hierover de volgende vragen:

1. Is het Team Openbare Orde Inlichtingen (TOOI) in Utrecht actief, of actief geweest?

2. Hoe kijkt de burgemeester naar het feit dat ‘mogelijke verstoring van de openbare orde’ als motief wordt gebruikt voor het inwinnen van informatie van onschuldige burgers? Ziet zij hierin het risico op (a) het inperken van en het eroderen van het demonstratierecht van Utrechters (b) ernstige en onvoldoende gemotiveerde inbreuken op de privacy van Utrechters, (c) risico op 'chilling effect' op demonstraties in Utrecht?

3. Hoe beoordeelt de burgemeester het juridisch risico van bestuurlijke beslissingen op basis van TOOI-inlichtingen gezien het gebrek aan wettelijke basis?

4. Indien de burgemeester momenteel gebruik maakt van TOOI-inlichtingen, oordeelt de burgemeester het nog steeds rechtvaardig om van deze informatie gebruik te maken? Zo ja, waarom? Zo nee, welk gevolg gaat zij daaraan geven?

5. Hoe is de burgemeester van plan het gebrek aan wettelijke basis en controle op het heimelijk inwinnen van informatie over de openbare orde door het TOOI op te lossen? Wat vindt de burgemeester van Inlichtingen en Veiligheidsdiensten 2017, met daarin een Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) die toetst of het TOOI het inwinnen van informatie mag inzetten, en een Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) die het naderhand
kijkt of het TOOI haar taken zorgvuldig en rechtmatig heeft uitgevoerd?

Er vindt structureel bestuurlijk en ambtelijk overleg plaats tussen de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en Justitie en Veiligheid (J&V), de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV), de burgemeester, en inlichtingendiensten.

6. Is de burgemeester bereid het gebrek aan wettelijke basis en toetsing structureel aan te kaarten bij bovengenoemde overleggen? Zo ja, is de burgemeester bereid te pleiten voor een systeem van checks and balances met betrekking tot de informatievergaring van het TOOI, en expliciet te pleiten tegen de verruiming van de bevoegdheden van het TOOI2? Zo nee, waarom niet?

Mahaar Fattal, GroenLinks
Lisanne Snippe, Partij voor de Dieren
Maarten Koning, D66
Stevie Nolten, BIJ1

Indiendatum: 25 mei 2023
Antwoorddatum: 27 jun. 2023

Schriftelijke vragen 101/2023

Op 15 mei 2023 verscheen het artikel ''Inlichtingendienst van politie bespioneert illegaal onschuldige burgers''1 waarin staat dat de politie al jaren onwettige informatie verzamelt over onschuldige Nederlanders, zoals mensen die zich geweldloos inzetten voor dierenrechten, het klimaat of simpelweg omdat mensen islamitisch zijn. Dit onwettige verzamelen van gegevens wordt gedaan door het Team Openbare Orde Inlichtingen (TOOI). Het TOOI maakt zich volgens het artikel schuldig aan infiltratie in groepen, het stiekem volgen van onschuldige mensen, het volgen wat mensen online doen, het betalen van informanten voor informatie over burgers, waarbij ook in het geheim ´risicoprofielen´ worden gemaakt.

Een van de voorbeelden is een vreedzame en aangekondigde demonstratie van dertig man welke door het TOOI werd aangemerkt als 'milieu-extremisme'. Vervolgens zijn participerende burgers vervolgens een zogenaamde ´CTER` code achter hun naam in de registratiesystemen van de politie opgenomen om hen te brandmerken als ´mogelijk risico voor de verstoring van de openbare orde´. Bij personen met zo'n code achter de naam gaat de politie sneller over tot het gebruik van geweldsmiddelen zoals het gebruik van handboeien. Agenten op straat worden gevraagd om zoveel mogelijk informatie over CTER-personen te noteren en de politie deelt die CTER-informatie vervolgens weer met binnenlandse- en buitenlandse opsporingsdiensten zoals Europol en Interpol.

Dit is schrijnend. Zeker omdat de wettelijke basis ontbreekt. Waar de controle op het strafrechtelijk inwinnen van informatie is geregeld door uitgebreide regelgeving, betrokkenheid van een officier van justitie of een rechter-commissaris, is er nauwelijks tot geen controle op het geheim inwinnen van informatie voor de openbare orde.

Het onderzoek stelt bovendien ook dat burgemeesters de verantwoordelijkheid hebben voor toezicht op het handelen van het TOOI, maar dat dit nu nauwelijks gebeurt. Er worden vraagtekens gezet bij of burgemeesters in Nederland zich hier bewust van zijn.

De fracties van GroenLinks, D66, PvdD en BIJ1 zijn geschokt over deze praktijken, zien hierin een ‘chilling effect’ op activisme en demonstraties in het algemeen, en oordelen dat deze surveillance praktijken zonder toetsing op zeer gespannen voet staan met mensenrechten. De fracties vinden dat een vermoeden voor verstoring van openbare orde volstrekt onvoldoende is voor ernstige inbreuken op de privacy en hebben hierover de volgende vragen:

1. Is het Team Openbare Orde Inlichtingen (TOOI) in Utrecht actief, of actief geweest?

Antwoord: ja.

2. Hoe kijkt de burgemeester naar het feit dat ‘mogelijke verstoring van de openbare orde’ als motief wordt gebruikt voor het inwinnen van informatie van onschuldige burgers? Ziet zij hierin het risico op (a) het inperken van en het eroderen van het demonstratierecht van Utrechters (b) ernstige en onvoldoende gemotiveerde inbreuken op de privacy van Utrechters, (c) risico op 'chilling effect' op demonstraties in Utrecht?

Antwoord: De politie kan, indien zij het noodzakelijk acht, de burgemeester voorzien van informatie die van belang is om wanordelijkheden te voorkomen en de openbare orde te bewaren. De politie heeft immers op grond van artikel 3 van de Politiewet 2012 tot taak in ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in overeenstemming met de geldende rechtsregels te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven. Om demonstraties in goede banen te leiden en om zo de veiligheid van demonstranten en omstanders te beschermen kan de politie op basis van dit artikel informatie inwinnen of er openbare ordeverstoringen worden voorbereid, mits daarmee niet meer dan een geringe inbreuk op de persoonlijke levenssfeer wordt gemaakt. De politie mag daarbij ook bijvoorbeeld vragen stellen aan burgers waarvan zij verwachten dat deze over relevante informatie beschikken. Dit dient vooral ter bescherming van de demonstratie en staat het onbelemmerd gebruik van het demonstratierecht niet in de weg.

3. Hoe beoordeelt de burgemeester het juridisch risico van bestuurlijke beslissingen op basis van TOOI-inlichtingen gezien het gebrek aan wettelijke basis?

4. Indien de burgemeester momenteel gebruik maakt van TOOI-inlichtingen, oordeelt de burgemeester het nog steeds rechtvaardig om van deze informatie gebruik te maken? Zo ja, waarom? Zo nee, welk gevolg gaat zij daaraan geven?

Antwoord 3&4: Uit uw vraagstelling maken wij op dat u zich zorgen maakt over het ontbreken van een wettelijke bevoegdheid van de politie om informatie in te winnen ten behoeve van de openbare orde taak en dat het TOOI geen wettelijk kader heeft voor haar werkzaamheden. Wij delen uw zorgen als die gaan over de risico’s van informatievergaring zonder stevige juridische basis. Dat zou niet mogen gebeuren. Het werk van het TOOI berust daarom op een solide wettelijke grondslag. De politie maakt in dit verband immers gebruik van het taakstellende artikel 3 Politiewet 2012 om informatie in te winnen of er openbare ordeverstoringen worden voorbereid. Dat kan, mits daarmee niet meer dan een geringe inbreuk op de persoonlijke levenssfeer wordt gemaakt. De werkzaamheden van het TOOI vallen binnen dit kader. We vertrouwen op de professionele verantwoordelijkheid die de politie heeft in het werk dat zij uitvoert om dat te doen binnen de voor haar geldende wettelijke kaders en toegekende bevoegdheden.Bij het nemen van beslissingen wegen we uiteraard altijd zeer zorgvuldig de bron en de herkomst van informatie af. Dit geldt ook voor informatie die in voorkomende gevallen wordt verstrekt door het TOOI.

5. Hoe is de burgemeester van plan het gebrek aan wettelijke basis en controle op het heimelijk inwinnen van informatie over de openbare orde door het TOOI op te lossen? Wat vindt de burgemeester van Inlichtingen en Veiligheidsdiensten 2017, met daarin een Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) die toetst of het TOOI het inwinnen van informatie mag inzetten, en een Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD) die het naderhand kijkt of het TOOI haar taken zorgvuldig en rechtmatig heeft uitgevoerd?

Antwoord: Uit uw vraagstelling maken wij op dat u zich zorgen maakt over het ontbreken van een wettelijke bevoegdheid van de politie om informatie in te winnen ten behoeve van de openbare orde taak en dat het TOOI geen wettelijk kader heeft voor haar werkzaamheden. Wij delen uw zorgen als die gaan over de risico’s van informatievergaring zonder stevige juridische basis. Dat zou niet mogen gebeuren. Het werk van het TOOI berust daarom op een solide wettelijke grondslag. De politie maakt in dit verband immers gebruik van het taakstellende artikel 3 Politiewet 2012 om informatie in te winnen of er openbare ordeverstoringen worden voorbereid. Dat kan, mits daarmee niet meer dan een geringe inbreuk op de persoonlijke levenssfeer wordt gemaakt. De werkzaamheden van het TOOI vallen binnen dit kader. We vertrouwen op de professionele verantwoordelijkheid die de politie heeft in het werk dat zij uitvoert om dat te doen binnen de voor haar geldende wettelijke kaders en toegekende bevoegdheden.Bij het nemen van beslissingen wegen we uiteraard altijd zeer zorgvuldig de bron en de herkomst van informatie af. Dit geldt ook voor informatie die in voorkomende gevallen wordt verstrekt door het TOOI.

Er vindt structureel bestuurlijk en ambtelijk overleg plaats tussen de ministers van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en Justitie en Veiligheid (J&V), de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV), de burgemeester, en inlichtingendiensten.

6. Is de burgemeester bereid het gebrek aan wettelijke basis en toetsing structureel aan te kaarten bij bovengenoemde overleggen? Zo ja, is de burgemeester bereid te pleiten voor een systeem van checks and balances met betrekking tot de informatievergaring van het TOOI, en expliciet te pleiten tegen de verruiming van de bevoegdheden van het TOOI2? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Zoals ook gemeld in het antwoord op vraag 5 wordt er op dit moment op lokaal en nationaal niveau nagedacht over het verstevigen van de controle en het toezicht op het TOOI. Parallel aan dit proces werkt het kabinet momenteel aan de uitwerking van de motie Klaver waarin de Tweede Kamer het kabinet oproept om politie en veiligheidsinstanties te voorzien van alle instrumenten die het nodig heeft om adequaat in te kunnen grijpen en de openbare orde te kunnen handhaven. De uitwerking hiervan raakt aan de verkenning om de bevoegdheden van het TOOI scherper te krijgen.

Mahaar Fattal, GroenLinks
Lisanne Snippe, Partij voor de Dieren
Maarten Koning, D66
Stevie Nolten, BIJ1

Interessant voor jou

Mondelinge vragen De lange arm van de fossiele brandstoffenlobby

Lees verder

Mondelinge vragen Groeiend aantal kinderen gaat niet naar school

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer