Schrif­te­lijke vragen Stand van zaken met betrekking tot hinder, vergun­ningen en hand­having De Trip Lage Weide


Indiendatum: 17 dec. 2020

Schriftelijke vragen 294/2020

De Trip BV op Lage Weide veroorzaakt al jaren veel overlast voor omwonenden en het milieu. Recent ontving de gemeenteraad weer een brief van Milieugroep Zuilen die ons op de aanhoudende overlast, maar ook de aanhoudende onduidelijkheid in de bevoegdheden, vergunningen en handhavingsmogelijkheden wees. In januari 2020 besprak de commissie S&R het raadsvoorstel waarin het college voorstelde om een aangevraagde vergunning voor uitbreiding van De Trip BV op Lage Weide te weigeren, omdat de bedrijfseconomische belangen van De Trip niet opwegen tegen de overlast die bewoners van omliggende wijken ervaren van de activiteiten van dit bedrijf. Tijdens deze commissie deelde de wethouder mee de besluitvorming over het voorstel te willen uitstellen, zodat De Trip nog iets kon
aanpassen in de hoop toch een mogelijkheid tot uitbreiden te krijgen. In deze
commissiebespreking werd afgesproken dat de behandeling in de raad met drie weken uitgesteld zou worden zodat de wethouder in gesprek kon gaan met het bedrijf. Daarna is het voorstel niet weer opnieuw op de agenda van commissie of raad geplaatst, ook is er niet nader meer over
gecommuniceerd.

De Partij voor de Dieren heeft daarom de volgende vragen:

1. Heeft het gesprek tussen de wethouder en De Trip inmiddels plaatsgevonden en wat zijn de conclusies? Als het gesprek nog niet heeft plaatsgevonden: waarom niet?

2. Heeft het college inmiddels een besluit genomen over het voorstel uit januari om de uitbreiding niet toe te staan? Gaat dit nog aan de raad voorgelegd worden en zo ja: wanneer?

3. In hoeverre herkent het college de aanhoudende signalen van omwonenden dat nauwelijks gehoor gegeven wordt aan handhavingsverzoeken met betrekking tot ervaren hinder door activiteiten van de Trip?

4. In hoeverre herkent het college dat de manier waarop overlast gemeten wordt geen recht doet aan de daadwerkelijk ervaren overlast? (bijvoorbeeld door de locatie waar geluidsmetingen uitgevoerd worden)

5. In hoeverre herkent het college dat door het ontbreken van beslissingen op bezwaren en vergunningen onduidelijk is hoe, waar en wanneer het melden van overlast mogelijk is?

Er loopt nog steeds een bezwaar tegen de vergunning uit 2015 voor de activiteiten van De Trip. Omwonenden ervaren dagelijks herrie en stank, aan handhavingsverzoeken wordt geen gehoor gegeven of kan juridisch gezien geen gehoor gegeven worden.

6. Wat is de stand van zaken van aangevraagde vergunningen en lopende bezwaren van en tegen de activiteiten van De Trip? Graag ontvangen we een compleet en chronologisch overzicht met een tijdspad van vergunningen, zienswijzen, beslissingen, en lopende bezwaar- en beroepsprocedures vanaf 2015, met indien besluiten nog ontbreken een toelichting wanneer het college voornemens is deze besluiten te gaan nemen.

7. Kan het college hierbij specifiek ingaan op het bezwaar van de Milieugroep Zuilen uit december 2015: waarom is hierop nog geen besluit genomen en wat is ervoor nodig om dit wél te doen?

8. Kan het college toezeggen niet mee te werken aan welke uitbreiding van smerige en/of herrie makende activiteiten waar het milieu en inwoners van Zuilen en Leidsche Rijn overlast van ondervinden, dan ook? Zo nee, waarom niet?

Anne Sasbrink, Partij voor de Dieren

Indiendatum: 17 dec. 2020
Antwoorddatum: 9 mrt. 2021

Schriftelijke vragen 294/2020

De Trip BV op Lage Weide veroorzaakt al jaren veel overlast voor omwonenden en het milieu. Recent ontving de gemeenteraad weer een brief van Milieugroep Zuilen die ons op de aanhoudende overlast, maar ook de aanhoudende onduidelijkheid in de bevoegdheden, vergunningen en handhavingsmogelijkheden wees. In januari 2020 besprak de commissie S&R het raadsvoorstel waarin het college voorstelde om een aangevraagde vergunning voor uitbreiding van De Trip BV op Lage Weide te weigeren, omdat de bedrijfseconomische belangen van De Trip niet opwegen tegen de overlast die bewoners van omliggende wijken ervaren van de activiteiten van dit bedrijf. Tijdens deze commissie deelde de wethouder mee de besluitvorming over het voorstel te willen uitstellen, zodat De Trip nog iets kon
aanpassen in de hoop toch een mogelijkheid tot uitbreiden te krijgen. In deze
commissiebespreking werd afgesproken dat de behandeling in de raad met drie weken uitgesteld zou worden zodat de wethouder in gesprek kon gaan met het bedrijf. Daarna is het voorstel niet weer opnieuw op de agenda van commissie of raad geplaatst, ook is er niet nader meer over
gecommuniceerd.

De Partij voor de Dieren heeft daarom de volgende vragen:

1. Heeft het gesprek tussen de wethouder en De Trip inmiddels plaatsgevonden en wat zijn de conclusies? Als het gesprek nog niet heeft plaatsgevonden: waarom niet?

Ja, het afgelopen jaar hebben diverse overleggen plaatsgevonden met de directie van De Trip met als resultaat dat de aanvraag door De Trip is aangepast.


2. Heeft het college inmiddels een besluit genomen over het voorstel uit januari om de uitbreiding niet toe te staan? Gaat dit nog aan de raad voorgelegd worden en zo ja: wanneer?

Ja, tegelijkertijd met de vaststelling van de beantwoording van deze vragen hebben wij het ontwerp raadsvoorstel aangepast. Daarbij ontvangt u een begeleidende brief met tekst en uitleg over de route naar dit raadsvoorstel. Vervolgens is het aan uw raad om de door de provincie gevraagde verklaring van geen bedenkingen wel of niet af te geven.


3. In hoeverre herkent het college de aanhoudende signalen van omwonenden dat nauwelijks gehoor gegeven wordt aan handhavingsverzoeken met betrekking tot ervaren hinder door activiteiten van de Trip?

Wij herkennen dit beeld niet. Op elk signaal/melding van omwonenden ten aanzien van overlast als gevolg van een bedrijf wordt door de RUD Utrecht een onderzoek ingesteld. Bij een geconstateerde milieuovertreding(en) wordt indien nodig handhavend optreden.


4. In hoeverre herkent het college dat de manier waarop overlast gemeten wordt geen recht doet aan de daadwerkelijk ervaren overlast? (bijvoorbeeld door de locatie waar geluidsmetingen uitgevoerd worden).

Het onderzoek naar geluidsoverlast is overeenkomstig de voorgeschreven milieu- en daarbij gestelde meetvoorschriften uitgevoerd. Er is gedurende drie maanden volcontinue gemeten op de gevels van verschillende woningen. De meetlocaties zijn in overleg met de omwonenden vastgesteld. Beoordeling van geluidsbelasting wordt conform de daarvoor wettelijke vastgestelde meetmethode altijd op de gevel of in de woning beoordeeld. Uit het geluidsonderzoek is gebleken dat er een hoge cumulatieve geluidsbelasting op de gevel is. Deze wordt veroorzaakt door meerdere geluidsbronnen zoals het verkeer over de weg en het water. De bijdrage van de werkzaamheden van De Trip zorgde niet voor een overschrijding van de geluidsnormen. Op grond hiervan was er geen aanleiding om handhavend op te treden. Wij hebben de resultaten van het onderzoek gedeeld met omwonenden.


5. In hoeverre herkent het college dat door het ontbreken van beslissingen op bezwaren en vergunningen onduidelijk is hoe, waar en wanneer het melden van overlast mogelijk is?

Overlastmeldingen kunnen op elk moment bij de RUD Utrecht worden ingediend. Elk bedrijf dient zich te allen tijde aan de (rechtstreeks) van toepassing zijnde wettelijke milieuvoorschriften te houden. Het ontbreken van een beslissing op bezwaar voor de omgevingsvergunning van de keerwanden uit 2015 staat hier los van.


Er loopt nog steeds een bezwaar tegen de vergunning uit 2015 voor de activiteiten van De Trip. Omwonenden ervaren dagelijks herrie en stank, aan handhavingsverzoeken wordt geen gehoor gegeven of kan juridisch gezien geen gehoor gegeven worden.

6. Wat is de stand van zaken van aangevraagde vergunningen en lopende bezwaren van en tegen de activiteiten van De Trip? Graag ontvangen we een compleet en chronologisch overzicht met een tijdspad van vergunningen, zienswijzen, beslissingen, en lopende bezwaar- en beroepsprocedures vanaf 2015, met indien besluiten nog ontbreken een toelichting wanneer het college voornemens is deze besluiten te gaan nemen.

Hieronder een overzicht van aangevraagde vergunningen, lopende bezwaar en
beroepsprocedures:

- 17 juli 2014

Vaststelling bestemmingsplan Lage Weide door de gemeenteraad.
- 20 november 2015

Gemeente verleent vergunning voor het aanbrengen van keerwanden aan de Trip BV
- 20 mei 2016

Aanvraag van De Trip BV bij de provincie Utrecht (Gedeputeerde Staten) voor uitbreiding bedrijfsactiviteiten: vestiging vuiloverslagstation en puinbreken. Het college van Gedeputeerde Staten moet hierop nog een beslissing nemen.
- 27 juni 2016

Gemeente verklaart de bezwaren van Stichting Milieugroep Zuilen tegen omgevingsvergunning keerwanden gegrond.
- 29 juni 2016

De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State doet uitspraak in het beroep dat is ingesteld tegen de vaststelling van bestemmingsplan “Lage Weide”.
- 3 november 2016

Gemeente trekt omgevingsvergunning voor keerwanden in. De Trip BV stelt hier beroep tegen in.
- 23 februari 2017

Rechtbank Midden Nederland stelt De Trip BV in het gelijk. De op 20 november 2015 verleende vergunning voor de keerwanden “herleeft`. Gemeente moet opnieuw een beslissing nemen op bezwaren van de Stichting Milieugroep Zuilen tegen het besluit van 20 november 2020.
- 28 maart 2018

De Afdeling Bestuursrechtspraak bevestigt de uitspraak van de Rechtbank Midden Nederland.
- 24 juli 2018

Verzoek om handhaving door Stichting Milieugroep Zuilen. In dit handhavingsverzoek verzoekt de Stichting om te handhaven tegen het door De Trip B.V. gebruiken van de keerwanden binnen haar inrichting. Naar de stelling van de Stichting is het gebruik van de keerwanden in strijd met het bestemmingsplan.
- 11 oktober 2018

Besluit van het college tot afwijzing verzoek om handhaving.
- 20 november 2018

Bezwaarschrift tegen besluit tot afwijzing door Stichting Milieugroep Zuilen.
- 29 november 2018

Vaststelling aangepast bestemmingsplan “Lage Weide” door de gemeenteraad.
- 30 januari 2020

Commissiebehandeling concept raadvoorstel/besluit tot weigering verklaring van geen bedenkingen. Beslissing door de gemeenteraad is opgeschort om aanvrager de kans te geven zijn aanvraag substantieel aan te passen (dichterbij milieucategorie 4.1).
- 18 januari 2021

Beslissing door het college op het bezwaarschrift van Stichting Milieugroep Zuilen tot afwijzing van verzoek tot handhaving.
- 9 maart 2021

Aanpassing ontwerp raadsvoorstel specifieke verklaring van geen bedenkingen bedrijfsuitbreiding de Trip BV door college.


Zodra uw raad een beslissing heeft genomen over de verklaring van geen bedenkingen over de bedrijfsuitbreiding kan de beslissing op bezwaar tegen de keerwanden inhoudelijk verder gebracht worden. Dit zal opnieuw een besluit van uw raad vragen (een specifieke verklaring van geen bedenkingen).

Toelichting:
In dit dossier zijn de wettelijke beslistermijnen op ingediende bezwaarschriften en verzoeken om handhaving ruimschoots overschreden. Het betreft hier een zeer complex dossier waarvoor inwinnen van externe adviezen noodzakelijk was. Ook overige omstandigheden zoals tussentijdse aanscherping van milieuregelgeving hebben bij de beoordeling van dit dossier tot vertraging geleid. Daarnaast zijn de belangen groot. Dit alles neemt niet weg dat de lange duur van besluitvorming in de gehele keten geen schoonheidsprijs verdient.


7. Kan het college hierbij specifiek ingaan op het bezwaar van de Milieugroep Zuilen uit december 2015: waarom is hierop nog geen besluit genomen en wat is ervoor nodig om dit wél te doen?

Iedere aanvraag voor verandering en wijziging van een bedrijfsvestiging wordt beoordeeld aan de hand van geldende planologische en milieuvoorschriften. Als de uitbreiding hieraan voldoet dan zijn wij juridisch gehouden tot medewerking. Bij strijdigheid met het bestemmingsplan volgt een nadere beoordeling op ruimtelijke aanvaardbaarheid waarbij vanzelfsprekend rekening wordt gehouden met belangen van omwonenden (ter voorkoming van onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat). De reden om de beslissing op het bezwaarschrift aan te houden is gelegen in het feit dat in 2016 een aanvraag ingediend is gericht op de uitbreiding van bedrijfsactiviteiten. De beslissing (van het college van Gedeputeerde Staten) kleurt de beslissing op de aanvraag voor de keerwanden in. De keerwanden op zichzelf zijn (vaker voorkomende en) passende bouwwerken op een industrieterrein als Lage Weide. Het perceel van De Trip mag, binnen de wettelijke milieuvoorschriften, gebruikt worden voor milieucategorie 4.1 en de keerwanden dus ook. Complicerende factor is de weging en duiding van de tussentijds ingediende milieumeldingen door De Trip en de wisseling van het bevoegd gezag (de gemeente is tot en met milieucategorie 4.1 bevoegd en de provincie is bij zwaardere bedrijven het bevoegd gezag).


8. Kan het college toezeggen niet mee te werken aan welke uitbreiding van smerige en/of herrie makende activiteiten waar het milieu en inwoners van Zuilen en Leidsche Rijn overlast van ondervinden, dan ook? Zo nee, waarom niet?

Bij de beslissing om activiteiten toe te staan zijn wij gebonden aan het door uw raad vastgestelde kader (bestemmingsplan Lage Weide) en de van toepassing zijnde (rechtstreeks werkende) milieuvoorschriften. Als een initiatief binnen deze kaders past, dan moeten wij dit initiatief honoreren. Niet uit te sluiten is dat bedrijfsactiviteiten op een bedrijventerrein als Lage Weide enige hinder opleveren naar de omgeving.

Anne Sasbrink, Partij voor de Dieren