Schriftelijke vragen Uitvoeringsplan Schoon Water en Kaderrichtlijn Water
Indiendatum: 19 feb. 2025
Schriftelijke vragen 27/2025
Op 12 februari ontving de raad de Raadsbrief Verbetering Oppervlaktewaterkwaliteit met daarin een link naar het Uitvoeringsplan Gezond Water in stad Utrecht. De Partij voor de Dieren heeft hier een aantal vragen over.
In de raadsbrief staat “Met het uitvoeren van de maatregelen verwachten we de streefbeelden in 2030 te gaan halen.” Nu geldt voor de ‘overige wateren’ geen resultaatverplichting, maar een inspanningsverplichting, maar er staat in het uitvoeringsplan (pagina 4) “In 2021 scoorden 26 van de 98 ecoscan meetlocaties in Utrecht op ecologische waterkwaliteit laag. (…) Bijna de helft van de watergangen voldoet nog niet aan de ecologische doelen 2027 zoals vastgesteld in het beleid van provincie Utrecht, HDSR en de gemeente Utrecht.”
1. Het is toch de bedoeling om aan het jaar 2027 vast te houden in plaats van 2030 om de streefbeelden te halen? Zo nee, hoe zit het nu precies?
Op pagina 5 van het uitvoeringsplan: “Er zijn externe factoren die de waterkwaliteit negatief kunnen beïnvloeden zoals klimaatverandering of toenemend recreatief gebruik van het oppervlaktewater.” Deze gevolgen zijn ook nog niet kwantificeerbaar (pagina 40), dus zijn niet eens meegenomen in het programma.
2. Erkent het college dat haar grote inzet op recreatief gebruik van het oppervlaktewater haaks staat op het behalen van de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water, voor zowel de stadswateren (resultaatverplichting) als voor de overige wateren (inspanningsverplichting)? Zo nee, waarom niet?
3. Zo ja, vindt het college het waard om hierdoor de doelstellingen niet te halen, wat ten koste gaat van de ecologie en sancties kan opleveren vanuit Europa?
Op pagina 6 staat: “Het verbeteren van de chemische waterkwaliteit (verontreinigde stoffen) valt buiten dit programma. Het afbouwen van vervuiling door riooloverstorten is bijvoorbeeld geen onderdeel van dit programma.”
4. Waarom vallen verontreinigende stoffen zoals riooloverstorten buiten dit programma? Dit zou juist een wezenlijk onderdeel moeten zijn van dit uitvoeringsplan om de waterkwaliteit te verbeteren. Er zijn nogal wat bronnen van watervervuiling die aangepakt moeten worden. Als die niet worden aangepakt in samenhang met bijvoorbeeld het aanleggen van waterplanten en het aantrekken van waterdieren, dan sterven er meer planten en dieren door die verontreinigende stoffen. Graag een toelichting waarom desondanks de aanpak van riooloverstorten geen deel uitmaakt van het programma.
5. Hoe zit het in de gemeente Utrecht met watervervuiling door vervuilende industrie en de vee-industrie (lozingen van voor dieren en planten gevaarlijke stoffen, uitspoelingen in wateren van (kunst)mest, medicatie voor landbouwdieren e.d.)? Hoeveel vervuiling ontstaat hierdoor en is er een toename of afname te zien?
5.A. Wat doet het college hieraan? Wat zijn hier de ambities op?
6. Is het college bereid om – liefst (maar niet noodzakelijk) samen met HDSR – het terugdringen van verontreinigende stoffen wél in het uitvoeringsplan op te nemen, aangezien bijvoorbeeld riooloverstorten sowieso de verantwoordelijkheid zijn van de gemeente? Zo nee, waarom niet?
7. En zo nee, kan het college uiteenzetten welke inspanningen zij wél concreet verricht om verontreinigende stoffen in de Utrechtse wateren terug te dringen? (Wij zijn op de hoogte van de inhoud van het Plan Water en Riolering en de teksten over riooloverstorten, maar er is meer nodig voor écht gezond water).
De samenwerking met HDSR loopt tot en met 2028. Dit zijn de doelstellingen: “Het eerste strategische doel is om minimaal het ecologische waterkwaliteitsniveau 'zichtbaar' voor de /hele stad te halen in 2027. Het tweede strategische doel is om in een aantal deelgebieden het hogere waterkwaliteitsniveau 'levendig' in 2028 te halen.” Op pagina 7 staat ook het jaar 2030, en ook vindt er eind 2030 nog een ecoscan plaats en later misschien nog meer monitoring. Op pagina 25 staat: “Eind 2028 is een rapportage beschikbaar die de effecten van de maatregelen evalueert, die inzicht biedt in het doelbereik en in de resterende monitoringsopgave om het doelbereik te bepalen.”
8. Wat gaat er tussen 2028 en 2030 gebeuren?
9. Hoe zien de plannen en de samenwerking met HDSR er ná 2028/2030 uit als het gaat om het nóg schoner maken en het schoon houden van de Utrechtse wateren? Na 2028 is het natuurlijk niet klaar, aangezien de wateren altijd negatief beïnvloed zullen worden door externe factoren.
Op pagina 14 staat ‘aanpak karpers’ en op pagina 22 staat ‘vermindering van bodemwoelende vis’ en ‘terughoudend zijn met uitzetten karpers’.
10. Gaat het alleen om karpers of ook om andere vissen en waterdieren? Zo ja, om welke dieren gaat het?
11. Wat houdt ‘aanpak karpers’ en ‘vermindering van bodemwoelende vis’ in? Worden deze dieren gedood? Zo ja, waarom? Zo nee, wat gaat er dan gebeuren? En door wie?
12. En welke rol spelen hengelaars hierin? Want zij zijn degenen die karpers uitzetten om ze vervolgens op te hengelen. Wordt hen nu verboden om voortaan karpers uit te zetten? Zo nee, waarom niet?
13. Kan het college het plan van aanpak dat genoemd wordt op pagina 22 zodra dat beschikbaar is delen met de raad? Zo nee, waarom niet?
Op pagina 19 staat ‘beheer rietoevers Leidsche Rijn en Vleuten de Meern’.
14. Verblijven hier watervogels en insecten en in hoeverre wordt er rekening met hen gehouden?
Op pagina 20 staan geen concrete maatregelen voor 2025, alleen onderzoeken, het opstellen van richtlijnen en contracten. Op deze manier is de deadline van 2027 wel erg dichtbij.
15. Hoe kan het dat er in 2025 nog geen concrete maatregelen worden genomen, terwijl de doelstelling en deadline van de Kaderrichtlijn Water al jaren bekend zijn?
Op pagina 40 staat dat als er geen aannemer of ingenieursbureau gevonden wordt, de uitvraag ‘aantrekkelijker gemaakt moet worden’, omdat de uitvraag misschien ‘niet interessant genoeg is’.
16. Wat bedoelt het college met ‘aantrekkelijker maken’ en welke concessies is het college bereid te doen om een aannemer of ingenieursbureau te vinden? Gaat dit dan om geld of ook om het terugschalen van de ambities op het gebied van ecologie en waterkwaliteit? Zo ja, kan dit dan zomaar?
HDSR lijkt hogere ambities te hebben dan het college als het gaat om zoveel mogelijk wateren het waterkwaliteitsniveau ‘levendig’ te geven.
17. Heeft HDSR ervoor gezorgd dat nu méér wateren dan in het Plan Water en Riolering de doelstelling ‘levendig’ hebben gekregen in dit uitvoeringsplan? Zo ja, wat is het verschil tussen de doelstellingen in beide plannen? Zo nee, waarom niet?
18. Ziet het college inmiddels meer mogelijkheden om de doelstellingen van de Kaderrichtlijn Water voor alle wateren te halen in 2027? Zo nee, waarom niet?
In bijlage 2 van het Uitvoeringsplan staat een voorbeeld van een voortgangsrapportage.
19. Op welke manier(en) en wanneer wordt de raad op de hoogte gehouden van de vorderingen op het gebied van het Uitvoeringsplan Schoon Water? Middels deze voortgangsrapportages en/of op een andere manier?
20. Wanneer krijgt de raad meer informatie over de inspanningen van het college voor de stadswateren die wél een resultaatverplichting hebben in het kader van de Kaderrichtlijn Water (deadline 2027)?
Anne Sasbrink en Saskia Oskam, Partij voor de Dieren
Hans Geleijns, D66
Kerstin Steinhart, Stadsbelang Utrecht
Charlotte Passier, Volt
Interessant voor jou
Mondelinge vragen Incident bij de aluminiumfabriek aan de Groenewoudsedijk
Lees verderMondelinge vragen De Abstederdijk en het principe 'Herplant naar Waarde'
Lees verder