Schrif­te­lijke vragen Veranda


Indiendatum: 9 mrt. 2023

Schriftelijke vragen 50/2023

In 2018 vertrok de laatste broeder van de Fransiscaner Orde uit het klooster aan de Deken Roesstraat, in Buiten Wittevrouwen. Het gebouw werd in 1901 gebouwd als klooster Zusters van Onze lieve Vrouw van Amersfoort maar werd van 1973 tot en met 2018 bewoond door de Minderbroeders Fransiscanen. Het klooster stamt uit 1901 en maakt deel uit van een hecht ensemble van diverse gebouwen, allen ontworpen door dezelfde architect: Gerardus Antonius Ebbers (1858-1922). Ebbers was een leerling van Alfred Tepe die sinds ongeveer 1870 de officieuze architect van het aartsbisdom Utrecht was en in die hoedanigheid architect van o.a. de St. Willibrordkerk. G.A. Ebbers is o.a. ook architect van het Cereol complex in Oog-in-Al (rijksmonument) en van de St. Josephkerk aan de Draaiweg (gemeentelijk monument).

Het klooster aan de Deken Roesstraat is in 2021 gekocht door projectontwikkelaar SOM die er appartementen in wil maken. Een prima herbestemming, op zich. Alleen is de nieuwe eigenaar voornemens de veranda aan de achterkant van het klooster te slopen. De veranda, die samen met de tuin, als een soort compacte kloostergang is ontworpen, is nog steeds in volledig originele staat. Met het zonfilterende gele ‘Engelsche glas’, de vloer van terrasso op beton en de dakbedekking van zeldzame Utrechtse blauwe platte pannen. Het klooster staat al enige tijd op een lijst van gebouwen die op korte termijn zouden worden toegevoegd aan de gemeentelijke monumentenlijst. Hierover is op 15 oktober 2019 n.a.v. schriftelijke vragen 2019/80 over uitbreiding religieus erfgoed een brief naar de raad gestuurd. Maar omdat dit tot op heden niet gebeurd is dreigt nu dus de veranda te sneuvelen.

Een groep bewoners die als ROES! (Red Ons Erfgoed, Stadsie) strijdt tegen de teloorgang van het klooster heeft een partieel cultuurhistorisch onderzoek laten doen door De Fabryck, een bureau voor gebouwhistorisch onderzoek. Daarin staat onder meer dat bijna alle door Ebbers ontworpen gebouwen een veranda hebben en dat het daarmee een belangrijk architectonisch kenmerk is van zijn oeuvre. Een ‘gehele of gedeeltelijke amputatie van de veranda’ zou het gebouw ‘serieus geweld aandoen’. En dat, omdat deze veranda nog helemaal in oorspronkelijke vorm aanwezig is, deze ‘uniek is en voldoet aan alle eisen om te worden aangemerkt als een object van hoge cultuurhistorische waarde, dat dientengevolge ongewijzigd gehandhaafd zou moeten worden.’

Dat leidt bij de fracties van GroenLinks, VVD, PvdA, PvdD, CDA, Volt, CU, PVV en US tot de volgende vragen:

1. Had het college al kennisgenomen van het cultuurhistorisch onderzoek van De Fabryck?

2. Is het college het met fracties eens dat deze veranda van grote cultuurhistorische waarde is en derhalve behouden moet worden voor de toekomst?

3. Ziet het college mogelijkheden om het klooster inclusief veranda conform voornemen versneld op de lijst van religieus erfgoed te zetten? Zo nee, waarom niet?

4. Is het college bereid om op korte termijn in gesprek te gaan met SOM over het behoud van de veranda?