Schrif­te­lijke vragen voort­gangs­brieven bomen en groen

Indiendatum: 11 apr. 2024
Antwoorddatum: 28 mei 2024

Schriftelijke vragen 72/2024

Recent ontvingen we een aantal raadsbrieven aangaande het beheer van bomen en groen:

• Raadsbrief Aanpassing Nadere regel kabels en leidingen
• Voortgangsbrief Beheer van bomen Q1 2024
• Raadsbrief Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkoop

In deze brieven kwamen verschillende onderwerpen aan de orde naar aanleiding waarvan we de volgende vragen hebben:

Bloembollen:

1. Eén derde van de aangeplante bloembollen is niet biologisch, omdat dit nog niet verkrijgbaar is. Is het, gezien de vernietigende impact van met gif geteelde bloembollen op de insecten, niet beter om in dat geval minder bloembollen te planten zodat er geen gif in het ecosysteem gebracht wordt?

Antwoord: We planten bloembollen, omdat ze in belangrijke mate bijdragen aan het versterken van de biodiversiteit en vanuit esthetisch oogpunt. We kiezen er daarom niet voor om minder bloembollen te planten wanneer biologische bollen niet beschikbaar zijn. Bij de inkoop van groen voor de openbare ruimte hanteren we de zogenaamde “duurzame drietrapsraket”. Hierover bent u in 2017 geïnformeerd met de Raadsbrief Motie 138 ‘Utrecht aan het biologisch groen’. Uitgangspunt is de inkoop van biologisch (SKAL) geteeld groen of wanneer dat niet te verkrijgen is, groen met het keurmerk Milieukeur. Wanneer dat niet leverbaar is, kopen we groen dat voldoet aan de minimale duurzaamheidseisen voor overheidsinkopen voor de Groenvoorziening (GWW) van het landelijk expertisecentrum PIANOo. Met deze werkwijze beperken we het gebruik van mogelijk met bestrijdingsmiddelen geteelde bloembollen tot het minimum.

Iepziekte:

In de voortgangsbrief bomenbeheer lezen we dat 123 iepen en daarnaast een aantal van 15-20 iepen in bosplantsoen gekapt zijn in verband met iepziekte. Daarnaast zijn 2 zieke iepen op particulier terrein geconstateerd, waarvan de eigenaren wel zijn aangeschreven maar vervolgens niet is gehandhaafd.

2. Wanneer worden/zijn alle in 2023 gekapte iepen vervangen?

Antwoord: Bomen geveld in 2023 worden naar verwachting uiterlijk eind 2024 teruggeplant.

3. Over de twee zieke iepen op particulier terrein: deelt het college de zorg dat wanneer deze niet verwijderd worden deze een besmettingsbron blijven?

Antwoord: Ja, deze zorg delen wij. Iepziekte wordt veroorzaakt door een schimmel. De kans dat niet verwijderde zieke iepen een besmettingsbron blijven, oftewel een broedboom worden, is groot. Zieke iepen scheiden een geur af die iepensprintkevers aantrekt. Deze kevers leggen hun eieren onder de bast van een iep. Wanneer de eitjes uitkomen, vliegen grote aantallen jonge kevers uit en nemen zij de schimmel mee naar gezonde iepen. Zo lang zieke bomen hun bast behouden, blijft de kans groot dat het broedbomen worden.

4. Biedt artikel 4:12 van de APV (bestrijding van boomziekten), waarin iepziekte expliciet genoemd wordt, grond om alsnog bij deze twee particulieren te handhaven? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Artikel 4:12 van de Apv biedt inderdaad een grondslag om handhavend op te treden en de eigenaar te verplichten om de bomen te kappen. Er is ook handhavend opgetreden door middel van het opleggen van een last onder bestuursdwang. In beginsel wordt er echter niet actief gecontroleerd handhavend
opgetreden tegen zieke bomen, omdat hier geen capaciteit/middelen voor beschikbaar zijn gesteld. Echter, in dit geval is alsnog gecontroleerd en zijn de beide bomen ook daadwerkelijk verwijderd.

Staand dood hout:

5. Wordt er tijdens het onderzoek naar staand dood hout al geëxperimenteerd met het handhaven hiervan op plekken in de gemeente?

Antwoord: Het onderzoek is onlangs afgerond en bestond uit het inventariseren en vergelijken van werkwijzen en ervaringen van ecologen/beheerders van gemeenten die al meer ervaring hebben met het laten staan van dood of afstervend hout. Op de landgoederen en in enkele bosplantsoenen laten we al dood hout staan. Onze ervaringen hiermee, namen we ook onder de loep.

6. Wat is de planning van het in de raadsbrief genoemde onderzoek naar het veilig handhaven van staand dood hout?

Antwoord: De bevindingen uit het onderzoek werken we momenteel uit in een beheerkader. Binnenkort starten we met het laten staan van de eerste dode of afstervende bomen in stadsparken en groenstroken in de stad.

Inkoop:

7. In motie 2022-173 werd het college opgeroepen om bij de inkoop van nieuw plantmateriaal naast biologisch ook te kiezen voor inheems en lokaal geteelde planten. Hoe is de richtlijn voor het inkopen van groen geformuleerd in de “toolkit MVOI” waarnaar in de raadsbrief MVOI verwezen wordt?

Antwoord: In het op 28 maart 2024 door het college vastgestelde uitvoeringsprogramma Maatschappelijk Verantwoord Opdrachtgeven en Inkopen, waar de ‘toolkit MVOI deel van uitmaakt’ is opgenomen dat we bij de inkoop van bomen, vaste planten, heesters en bloembollen als uitgangspunt hanteren dat al het plantmateriaal bij voorkeur biologisch moet zijn en als dat niet verkrijgbaar is voorzien van Milieukeur. Alleen als er geen Milieukeur in de markt beschikbaar is, wordt beplanting zonder
keurmerk ingekocht. We noemen deze trapsgewijze manier van inkoop ook wel de 'duurzame drietrapsraket'. Daarnaast kiezen we zo veel mogelijk voor inheemse en lokaal geteelde planten.

Toezicht en handhaving graafwerkzaamheden:

8. Is de inzet van medewerkers Toezicht & Handhaving naar aanleiding van het besluit herziene Verordening ondergrond: kabels, leidingen en boomwortels, alleen uitgebreid in het wervengebied, of ook in andere gebieden waar gegraven wordt rondom boomwortels?

Antwoord: Bij het vaststellen van de herziene Verordening ondergrond: kabels, leidingen en boomwortels op 16 maart 2022 hebben we het aantal medewerkers toezicht en regie uitgebreid (bekostigd uit een legesverhoging) en in de hele stad het toezicht en de regie op de ondergrond en de graafwerkzaamheden in en nabij kwetsbare boomzones geïntensiveerd. Met de inwerkingtreding van de nadere regel op 1 april 2024 intensiveerden we aanvullend hierop, ook het toezicht op de werkzaamheden boven werfkelders.

Anne Sasbrink, Partij voor de Dieren