Commis­sie­bij­drage Openbare Ruimte, Groen en Dieren­welzijn Voor­jaarsnota 2021


24 juni 2021

GROEN

Meerjarengroenprogramma
In het vorige blok kondigde ik al aan het meerjarengroenprogramma onder de loep te nemen. Ik heb een aantal vragen:

1. Tot 2050 wil het college 800 straten vergroenen in het kader van klimaatadaptatie. Dat zijn er volgens het college 27 per jaar. Ik mis informatie over welke straten dit jaar en volgend jaar aan de beurt zijn. Kan het college inzichtelijk maken hoe ze garandeert dat dit gebeurt?

2 Groene schoolpleinen worden ook genoemd als kans om te vergroenen. Is de PvdD het helemaal mee eens. Maar wat vindt het college van het tempo van 15 pleinen per jaar? Wat is er volgens het college nodig om dit tempo omhoog te krijgen?

3. Wat is de kwaliteit en de kenmerken van het groen dat in het kader van de schaalsprong Groen wordt toegevoegd? We stelden daarover een technische vraag en die informatie lijkt er niet te zijn. Maar is de wethouder het met ons eens dat het voor de biodiversiteitswaarde nogal uitmaakt in wat voor vorm er groen bij komt?

4. “Enecopark”: in de Programmabegroting was al sprake van huur of aankoop van terrein van Eneco om daarvan ruimte te maken voor natuur, sport of cultuur. Maar in het MPR valt ineens de term “Enecopark”. Vraag aan de wethouder: wat moeten we ons daarbij voorstellen? En kan de wethouder toezeggen om te gaan spreken van “Werkspoorpark” of een andere naam?

5. Wanneer grond wordt aangekocht voor groen en sport willen we graag gespecificeerd zien hoe de euro’s en de vierkante meters verdeeld gaan worden tussen deze bestemmingen. Kan de wethouder toezeggen om die informatie in een indicator inzichtelijk te maken bij de Programmabegroting?

6. Landschapspark Oud Zuilen: wij vinden het een mooie ontwikkeling dat de verpachte grond hier omgevormd kan worden tot natuur. Kan het college bevestigen dat Oud Zuilen zeker na deze natuurontwikkeling ongeschikt blijft voor evenementen met versterkte muziek?

7. De huidige groenstructuurkaart stamt uit 2016. Met alle nieuwe ontwikkelingen: is het geen tijd voor een update van deze kaart? Met de huidige stand van zaken en ook de gewenste nieuwe toevoegingen en verbindingen.

Vierkante meters groen en blauw
Mede op ons verzoek wordt sinds een paar jaar het aantal vierkante meters groen in de stad gemonitord, met als streven ook aan de adviesnorm van 75 vierkante meter openbaar toegankelijk groen per huishouden te voldoen.

Het college wil nu ook de vierkante meters water gaan meetellen omdat water een vergelijkbare waarde voor biodiversiteit, klimaat en mensen zou hebben. Dat is echter niet altijd zo! Het zijn om te beginnen al andere soorten die er schuilplaatsen vinden. En bij de kanalen kan je je sowieso afvragen of die waarde echt vergelijkbaar is. Ik wil daarom de toezegging vragen om de indicator groen en water op te splitsen zodat de raad ook inzicht heeft in de afzonderlijke ontwikkelingen.

Biodiversiteitswaarde
En nu we het toch over de indicatoren hebben. We zien op veel meer plekken stoepplantjes en bloeiende bermen. Dank daarvoor. Nu willen we het ook meten. De Partij voor de Dieren mist in de begrotingscyclus indicatoren die de biodiversiteit in beeld brengen. Wereldwijd gaat de soortenrijkdom in rap tempo achteruit, wat doen we in Utrecht? Kan de wethouder toezeggen om bij de Programmabegroting indicatoren toe te voegen? Ik laat graag de invulling open, maar het college kan bijvoorbeeld denken aan: het aantal beplante boomspiegels. Het aantal m2 berm dat hooiland of kleurkeur beheerd wordt, het percentage huishoudens met een aangemelde geveltuin, aan waarnemingen van vogelbescherming en vleermuizentelling.

Groen Rivierenwijk
Tenslotte op groen nog 1 concrete vraag: hoe komt het dat er in Rivierenwijk onvoldoende projecten voor vergroening zijn? Daar zou afgelopen jaar al vergroend worden, dat is uitgesteld. Graag een toelichting en daarbij de toezegging dat het dit jaar wél geregeld wordt.

DIERENWELZIJN

Dierenbescherming, Dierenambulance en Vogelopvang
De Partij voor de Dieren sprak onlangs met de Dierenbescherming en Dierenambulance over de financiële bijdrage die zij krijgen van de gemeente. Beide zijn blij dat er dit jaar meer geld bij komt, maar helaas is dit niet toereikend om alle dieren in nood op een optimale manier te helpen. Zo staakte de Dierenambulance noodgedwongen haar nachtdiensten, omdat ze geen geld hebben voor een derde vaste kracht. Dit kost rond de 30.000 euro per jaar. De twee vaste krachten die er nu zijn, moeten (met steun van te weinig vrijwilligers, die niet zoals de vaste krachten alles kunnen oppakken) de uren verdelen. Dan passen de nachten er echt niet meer bij, anders raken zij overwerkt. Zowel de Dierenambulance als de Dierenbescherming zouden dit heel graag anders zien. En ook wij willen een permanente oplossing, en niet slechts tijdelijk wat geld om een aantal nachtdiensten te kunnen draaien. De Dierenambulance benadert fondsen, werft donateurs en kan gratis ‘wonen’, omdat ze gehuisvest is in het huis van de beheerder. Dit is geen structurele oplossing, want als haar iets overkomt, dan heeft de Dierenambulance geen huisvesting meer.

In vergelijking met de andere grote steden blijft Utrecht nog steeds achter rond het budget voor dierenwelzijn, ondanks de huidige verhoging. De Vogelopvang kon in 2020 dankzij meer steun van de gemeente een tweede parttime betaalde kracht inhuren en daar zijn we heel blij mee. Wat ons betreft blijft de huidige bijdrage aan de Vogelopvang structureel, want zoals u weet zaten zij eerder in grote financiële problemen, waardoor ze zelfs moesten sluiten. We zijn heel blij dat het nu een stuk beter gaat, en wij houden dit graag zo. Kan de wethouder toezeggen dat de bijdrage aan de Vogelopvang niet meer verlaagd wordt, en er ook ieder jaar gekeken wordt of de gemeentelijke bijdrage verhoogd moet worden om de hulp aan vogels te bestendigen en verbeteren?

En kan de wethouder ook toezeggen uit te zoeken of het mogelijk is 30.000 euro structureel vrij te maken om te waarborgen dat de Dierenambulance een derde vaste kracht kan inhuren, zodat ze ook ’s nachts weer dieren in nood kunnen helpen? Het college wil goed zorgen voor alle dieren in de stad, en dat eindigt toch niet tussen 10 uur ’s avonds en 10 uur ’s ochtends?

Kippen Julianapark
Dank voor de update gisteren over de kippen in het Julianapark. Wij begrijpen dat het vanwege vogelgriep en de complexiteit van het onderwerp langer duurt voordat er een diervriendelijke en permanente oplossing voor de kippen is gevonden. De communicatie echter richting bewoners én de raad verdient geen schoonheidsprijs. We vragen de wethouder dan ook ons en bewoners goed op de hoogte te houden van de ontwikkelingen, en dierenwelzijn altijd voorop te stellen bij deze kwestie. Ook omdat sommige bewoners zelf ingrijpen door kippen te verplaatsen, zoals naar het bos bij Kasteel Oud-Zuylen. Dit is een milieudelict en een verplaatsing van het probleem. Sommige bewoners spreken ook over het doden van de dieren. Dit moet ten allen tijde voorkomen worden. We wachten de volgende brief van de wethouder daarom met smart af.

Putdeksels, goten, wateroverstorten
Al diverse keren trok de Dierenambulance bij ons aan de bel over kleine watervogels die in wateroverstorten en andere menselijke bouwsels in en rond het water gevallen waren en ternauwernood gered konden worden, of helaas stierven. Dankzij aanpakkers bij Stadsbedrijven zijn sommige wateroverstorten in Leidsche Rijn na onze meldingen op korte termijn gedicht met kippengaas. Wij willen echter niet dat wij als PvdD en/of de Dierenambulance iedere keer aan de bel moet trekken als het misgaat: iets met de put dempen als het kalf verdronken is. En we moeten maar net signalen krijgen dát er iets aan de hand is, of dat het waterschap dwarsligt, zo kregen we onlangs te horen. Wij vroegen ook al in 2014 aandacht voor het feit dat amfibieën en reptielen vaak in putten en goten vallen, maar weten eigenlijk niet hoe het daar nu mee staat in Utrecht. Is de wethouder bereid onderzoek te laten doen naar wateroverstorten waar kleine watervogels en andere dieren in kunnen vallen en deze net als bij de overstorten in Leidsche Rijn af te dichten? En is de wethouder bereid te overleggen met de stadsecologen en andere fauna-experts zoals Ravon waar het nog misgaat met kleine dieren die in putten, goten of waar dan ook invallen en hierdoor sterven en hier dan ook actie op te ondernemen? En dit ook met het waterschap af te stemmen om structurele afspraken te maken over het voorkómen van dierenleed door menselijke bouwsels in en rond wateren?

Riooloverstorten en vissterfte
Over overstorten gesproken: deze week stierven wederom vissen en mogelijk andere dieren omdat er weer een riooloverstort was door regenval en het riool dat dit niet aankan. Het moet een keer afgelopen zijn dat dieren sterven of ziek worden (denk aan watervogels) door menselijke uitwerpselen. De Partij voor de Dieren heeft er eerder voor gepleit, maar blijft dit doen: maak een einde aan die riooloverstorten, zorg dat regenwater apart wordt opgevangen, zorg dat het riool in orde komt, want door klimaatverandering en verwachte extremere regenbuien zullen nog meer dieren hierdoor sterven. Kan de wethouder toezeggen hier binnen het college een belangrijk punt van te maken en er ook actie op te ondernemen, aangezien het meerdere portefeuilles betreft?

Baggeren
Nog meer waterzaken: uit onderzoek van Ravon in 2020 over de afgelopen 40 jaar blijkt dat door klimaatverandering kikkers en andere amfibieën steeds vroeger in het jaar van bil gaan. Kikkerdril is tegenwoordig al vóór april te vinden in wateren. De Partij voor de Dieren maakt zich zorgen over baggerwerkzaamheden die deze dieren kunnen verstoren en doden. We vragen de wethouder in hoeverre het college het baggerbeleid vormgeeft en aanpast aan de hand van actuele informatie over klimaatverandering en biodiversiteitsverandering? Kan de wethouder hier meer over vertellen, desnoods in een raadsbrief in overleg met collega-wethouders en de stadsecologen? Wij willen ten allen tijde voorkomen dat dieren verontrust of gedood worden door baggeren en andere werkzaamheden in en rond het water.

Dierenmishandeling
We maakten hier al een punt van bij Veiligheid, en we kregen deze week antwoord op onze schriftelijke vragen over dierenmishandeling, dus nog even kort: wij vinden dat er nog steeds te weinig aandacht is voor dierenmishandeling en het bijhouden en aanpakken hiervan. Er zit eindelijk beweging in na vele vragen en bijdragen van ons, maar het is van belang om meer in te zetten op preventie en – als het al gebeurd is - goede hulp aan dieren. We denken bij preventie ook aan opvoedhulp, omdat we diverse nieuwsberichten voorbij zagen komen over kinderen die voetbalden met baby-duiven, egels en andere dieren. Dierenmishandeling is portefeuille-overstijgend, dus het is van belang dat het college dit onderwerp scherp in het vizier heeft en er ook daadwerkelijk alles aan doet om dierenmishandeling te voorkomen en de dieren die het getroffen heeft te helpen. Kan de wethouder toezeggen dit belangrijke onderwerp op korte termijn in het college te bespreken en de aanpak integraal op te pakken en te verscherpen?

Hittestress
Vorige week stelden we schriftelijke vragen over hittestress bij dieren in Utrecht, maar omdat we het zo belangrijk vinden dat het college hier iets aan doet, stippen we het hier nog eens aan: we vinden het niet voldoende dat het college verwijst naar landelijke instanties als het gaat om de zorg voor dieren die te maken krijgen met grote hitte, en andere extreme weersomstandigheden. Wij verwachten dat het college ook in deze gevallen er alles aan doet om de dieren in de stad te helpen. Wij willen niet meer met lede ogen aanzien dat bijvoorbeeld koeien en paarden in Utrechtse weiden bezwijken onder de hitte en dat we dit dan maar bij Wakker Dier moeten melden, die het vervolgens ook alleen maar kan melden bij de landelijke overheid. We vragen de wethouder dan ook wat zij gaat doen om de dieren in Utrecht te beschermen als het kwik steeds meer stijgt.