Schrif­te­lijke vragen Fokverbod voor herten en andere dieren die niet op de Posi­tief­lijst staan


Indiendatum: 20 feb. 2023

Schriftelijke vragen 33/2023

Vanaf 1 januari 2024 gaat de Positieflijst voor zoogdieren (eindelijk) in werking. Dit betekent onder meer dat er een fok-, verkoop- en koop- (en uiteindelijk een houd)verbod komt van dam- en edelherten in hertenkampen en op kinderboerderijen. De Partij voor de Dieren vindt dit terecht, aangezien het wilde dieren betreft die niet in gevangenschap in een kamp thuishoren. Ook zijn deze dieren zeer gevoelig voor ziekten, en zelfs de dood door het eten van (beschimmeld) brood dat hen vaak gevoerd wordt door bezoekers. LNV-Minister Adema: “Herten zijn bedoeld om in de vrije natuur te lopen en niet om opgesloten te worden in een klein kampje. Ze hebben daar geen ruimte voor hun natuurlijke gedrag. Het gaat om het welzijn van de dieren. Ik kan niets anders dan varen op de wetenschap.” Nu het Rijk een duidelijke beslissing neemt over het dierenwelzijn en welke dieren in ieder geval niet meer gehouden mogen worden, lijkt het ons evident dat de gemeente Utrecht hierin zo snel mogelijk actie onderneemt en liefst per heden stopt met het (laten) fokken van herten en andere dieren die niet op de Positieflijst staan.

De Partij voor de Dieren heeft hierover de volgende vragen:

  1. Bent u het met de minister eens dat dierenwelzijn belangrijker is dan het “Bambi-gevoel” voor mensen?
  2. Hoeveel dam- en edelherten worden er in Utrecht in hertenkampen, op steedes en kinderboerderijen en mogelijk elders gehouden, en op welke locaties worden zij gehouden?
  3. Vanaf 1 januari 2024 mag niet meer worden gefokt met herten op hertenkampen en kinderboerderijen. Hoe wordt voorkomen dat herten vanaf die datum drachtig worden?
  4. Waarom zouden we wachten met het stoppen met fokken tot 1 januari 2024? Is het college bereid om het fokverbod per direct in te laten gaan, en als dat op een of andere manier niet nu kan, dan in elk geval zo snel mogelijk? Zo nee, waarom niet?
  5. Ondanks waarschuwingsbordjes blijven bezoekers van hertenkampen en kinderboerderijen de dieren ongewenst voedsel aanbieden, met zieke en ook dode dieren tot gevolg. Hoe gaat het college ervoor zorgen dat het bijvoeren van dieren door bezoekers eindelijk stopt?
  6. Vanuit veel hertenkampen en kinderboerderijen gaan herten naar de slacht. Gebeurt dat in Utrecht ook? Worden er ook herten verkocht om die reden, of om een andere reden (zo ja, welke)?
  7. Hoeveel en wat voor dieren die eveneens niet op de positieflijst staan, leven op de Utrechtse kinderboerderijen en steedes? Op welke locaties worden zij gehouden?
  8. Is het college bereid om ook per direct het fokverbod voor deze dieren in te laten gaan? Zo nee, waarom niet?
  9. Na invoeren van het fokverbod blijven er op de Utrechtse hertenkampen, steedes en kinderboerderijen minder dieren over. Wat vindt het college van het idee om de herten en andere niet-solitaire dieren op enig moment samen te brengen om eenzaamheid te voorkomen, natuurlijk alleen indien dit het welzijn van de dieren inderdaad bevordert?

In de nabije toekomst zullen er dus geen herten en andere dieren die niet op de Positieflijst staan, gehouden worden in Utrechtse hertenkampen en op steedes en kinderboerderijen. Maar ook voor dieren die wél op de Positieflijst staan is het geen pretje om in gevangenschap te leven.

  1. Kan het college toezeggen dat dieren die niet meer worden gehouden door het invoeren van de Positieflijst niet vervangen zullen worden door dieren die er wél op staan (we hebben liever dat de dieren die er al leven meer ruimte krijgen, als ze dan toch gehouden worden)? Zo nee, waarom niet?

Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Saskia Oskam, Partij voor de Dieren

Indiendatum: 20 feb. 2023
Antwoorddatum: 21 mrt. 2023

Schriftelijke vragen 33/2023

Vanaf 1 januari 2024 gaat de Positieflijst voor zoogdieren (eindelijk) in werking. Dit betekent onder meer dat er een fok-, verkoop- en koop- (en uiteindelijk een houd)verbod komt van dam- en edelherten in hertenkampen en op kinderboerderijen. De Partij voor de Dieren vindt dit terecht, aangezien het wilde dieren betreft die niet in gevangenschap in een kamp thuishoren. Ook zijn deze dieren zeer gevoelig voor ziekten, en zelfs de dood door het eten van (beschimmeld) brood dat hen vaak gevoerd wordt door bezoekers. LNV-Minister Adema: “Herten zijn bedoeld om in de vrije natuur te lopen en niet om opgesloten te worden in een klein kampje. Ze hebben daar geen ruimte voor hun natuurlijke gedrag. Het gaat om het welzijn van de dieren. Ik kan niets anders dan varen op de wetenschap.” Nu het Rijk een duidelijke beslissing neemt over het dierenwelzijn en welke dieren in ieder geval niet meer gehouden mogen worden, lijkt het ons evident dat de gemeente Utrecht hierin zo snel mogelijk actie onderneemt en liefst per heden stopt met het (laten) fokken van herten en andere dieren die niet op de Positieflijst staan.

De Partij voor de Dieren heeft hierover de volgende vragen:

1. Bent u het met de minister eens dat dierenwelzijn belangrijker is dan het “Bambi-gevoel” voor mensen?

Wij zijn het eens met de minister dat dierenwelzijn belangrijk is. Als met ‘Bambi-gevoel’ natuureducatie wordt bedoeld, dan vinden wij dat dierenweides en steedes een rol kunnen spelen in natuureducatie en om mensen in aanraking te laten komen met dieren. Het dierenwelzijn staat echter voorop.


2. Hoeveel dam- en edelherten worden er in Utrecht in hertenkampen, op steedes en kinderboerderijen en mogelijk elders gehouden, en op welke locaties worden zij gehouden?

Het is niet bekend hoeveel herten er precies worden gehouden in Utrecht. We schatten dat er ongeveer 45 herten worden gehouden in dierenweides. De dierenweides die herten hebben zijn Dierenweide Julianapark, Dierenweide Oog in Al en Dierenweide De Meern. Daarnaast staan er herten in een hertenkamp bij Kasteel De Haar. De steedes van Utrecht Natuurlijk houden geen herten.

3. Vanaf 1 januari 2024 mag niet meer worden gefokt met herten op hertenkampen en kinderboerderijen. Hoe wordt voorkomen dat herten vanaf die datum drachtig worden?

De precieze methode waarop de dierenweides willen voorkomen dat herten drachtig worden is nu nog niet bekend. Het toezicht en handhaving op het fokverbod ligt bij Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID), (dieren)politie en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.

4. Waarom zouden we wachten met het stoppen met fokken tot 1 januari 2024? Is het college bereid om het fokverbod per direct in te laten gaan, en als dat op een of andere manier niet nu kan, dan in elk geval zo snel mogelijk? Zo nee, waarom niet?

De regels voor het fokken van dieren zijn uitputtend vastgelegd in de Wet Dieren. Dit betekent dat de gemeente niet bevoegd is om aanvullende regels op te leggen. Daarnaast vinden we dat we de dierenweides de tijd moeten geven om zich voor te bereiden op de nieuwe regelgeving.

5. Ondanks waarschuwingsbordjes blijven bezoekers van hertenkampen en kinderboerderijen de dieren ongewenst voedsel aanbieden, met zieke en ook dode dieren tot gevolg. Hoe gaat het college ervoor zorgen dat het bijvoeren van dieren door bezoekers eindelijk stopt?

De steedes en dierenweides ervaren weinig problemen met bijvoeren. De medewerkers van de steedes zijn altijd alert op het voeren van de dieren.

6. Vanuit veel hertenkampen en kinderboerderijen gaan herten naar de slacht. Gebeurt dat in Utrecht ook? Worden er ook herten verkocht om die reden, of om een andere reden (zo ja, welke)?

De drie dierenweides geven aan dat herten nooit voor de slacht zijn verkocht. Incidenteel verkopen zij herten aan geregistreerde dierenhouders omdat zij zelf niet genoeg ruimte hebben om deze te houden.

7. Hoeveel en wat voor dieren die eveneens niet op de positieflijst staan, leven op de Utrechtse kinderboerderijen en steedes? Op welke locaties worden zij gehouden?

Op steede Hoge Woerd van Utrecht Natuurlijk leven twee degoes (knaagdieren). Deze dieren blijven leven op de steede, maar er zullen geen nieuwe degoes komen en er wordt nu al niet gefokt met deze dieren.

8. Is het college bereid om ook per direct het fokverbod voor deze dieren in te laten gaan? Zo nee, waarom niet?

Dit is niet van toepassing, want met deze dieren wordt nu al niet gefokt.

9. Na invoeren van het fokverbod blijven er op de Utrechtse hertenkampen, steedes en kinderboerderijen minder dieren over. Wat vindt het college van het idee om de herten en andere niet-solitaire dieren op enig moment samen te brengen om eenzaamheid te voorkomen, natuurlijk alleen indien dit het welzijn van de dieren inderdaad bevordert?

Het dierenwelzijn staat voorop. Wij vinden het een goed idee om te kijken naar hoe het welzijn van deze dieren verbeterd kan worden. Wat hierin de beste methode is, laten we over aan de dierenweides en steedes.

In de nabije toekomst zullen er dus geen herten en andere dieren die niet op de Positieflijst staan, gehouden worden in Utrechtse hertenkampen en op steedes en kinderboerderijen. Maar ook voor dieren die wél op de Positieflijst staan is het geen pretje om in gevangenschap te leven.

10. Kan het college toezeggen dat dieren die niet meer worden gehouden door het invoeren van de Positieflijst niet vervangen zullen worden door dieren die er wél op staan (we hebben liever dat de dieren die er al leven meer ruimte krijgen, als ze dan toch gehouden worden)? Zo nee, waarom niet?

Wij kunnen dit niet toezeggen. Wij hebben geen juridische basis om dit af te dwingen.

Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Saskia Oskam, Partij voor de Dieren