Schriftelijke vragen Uitsterfbeleid vuurwerkopslagplaatsen
Indiendatum: 8 apr. 2024
Schriftelijke vragen 66/2024
Op 6 februari 2024 publiceerde het college de beantwoording van schriftelijke vragen 235 ´Vuurwerkopslagplaatsen gevaarlijk´. Over de beantwoording en de mogelijkheid tot een uitsterfbeleid van vuurwerkopslagplaatsen hebben de fracties van GroenLinks en Partij voor de Dieren de volgende vragen:
1. In de beantwoording van SV235 ´Vuurwerkopslagplaatsen gevaarlijk´ staat een lijst van vuurwerkopslagplaatsen genoemd. Hoeveel van deze vuurwerkopslagplaatsen bevinden zich op gemeentelijke grond (m.u.v. de opslagplaats van de politie)?
2. Hoe eenvoudig is het om van de vuurwerkopslagplaatsen op gemeentelijke grond de (tijdelijke) verhuurcontracten en/of erfpachtconstructies te laten aflopen?
Het college stelt in de beantwoording van SV235 dat er op dit moment geen beleid in voorbereiding is om het aantal vuurwerkopslagplaatsen af te bouwen, onder meer doordat het een product is dat legaal verhandeld mag worden.
3. In hoeverre heeft het college een einddatum in zicht dat vuurwerkopslagplaatsen überhaupt nog nodig zijn?
4. Deelt het college de mening van bovenstaande fracties dat ondanks het feit dat vuurwerk een legaal product is dat verhandeld mag worden, de gemeente alsnog uitsterfbeleid kan ontwikkelen, zoals ook bij verkoop van fossiele brandstof en het uitbaten van speelautomatenhallen het geval is? Zo nee, waarom niet?
5. Wat zouden de mogelijkheden zijn voor de gemeente Utrecht om een uitsterfbeleid voor vuurwerkopslagplaatsen in te voeren? Kan het college in haar antwoord een onderscheid maken tussen actief uitsterfbeleid, passief uitsterfbeleid en faciliterend beleid?
Mahaar Fattal, GroenLinks
Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen Aardgasvrij Overvecht-Noord zonder samenwerking met Eneco?
Lees verderMondelinge vragen Vogelopvang in nood
Lees verder