Schrif­te­lijke vragen Voeg cijfers dieren­mis­han­deling en dieren­ver­waar­lozing toe aan jaar­over­zicht crimi­na­li­teits­cijfers


Indiendatum: 25 mei 2021

Schriftelijke vragen 139/2021

In Nijmegen gaat het jaaroverzicht met criminaliteitscijfers voortaan een nieuw hoofdstuk bevatten met cijfers omtrent dierenmishandeling en dierenverwaarlozing. Op initiatief van Partij voor de Dieren Nijmegen heeft de Nijmeegse gemeenteraad daartoe in maart besloten.

Partij voor de Dieren Utrecht heeft meermaals verzocht bij de gemeente om de cijfers omtrent dierenmishandeling en dierenverwaarlozing. In Schriftelijke Vragen 275/2020 ‘Huiselijk geweld’ vroeg bijvoorbeeld vrijwel de gehele gemeenteraad (op initiatief van de Partij voor de Dieren) onder meer hoeveel meldingen van dierenmishandeling er de afgelopen drie jaar zijn gedaan, weergegeven per jaar, en bij hoeveel meldingen er ook andere vormen van geweld en mishandeling geconstateerd werden tegen andere gezinsleden of inwonenden. De reactie was onder andere dat de gemeente niet het betreffende bevoegd gezag is, dat de dierenpolitie geen cijfers verstrekt over dierenmishandeling en -verwaarlozing, en Veilig Thuis de gevallen hieromtrent niet als zodanig registreert, omdat een geschikt systeem hiertoe ontbreekt.

De criminaliteitscijfers gaan over zowel zware misdrijven als over lichtere vergrijpen, maar
dierenmishandeling en dierenverwaarlozing ontbreken. Dit zijn echter misdrijven waarop een celstraf van drie jaar kan staan. Onze fractie vindt het belangrijk dat de gemeente Utrecht inzicht geeft in de aantallen rondom dierenverwaarlozing en -mishandeling, omdat inzicht in de aantallen bijdraagt aan de erkenning van de ernst van het probleem, en daarmee aan de verbetering van de aanpak.

De Partij voor de Dieren heeft naar aanleiding van de Nijmeegse situatie de volgende vragen:

1. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat het opnemen van de cijfers rondom dierenmishandeling en -verwaarlozing in het jaaroverzicht criminaliteitscijfers ook mogelijk moet zijn in de gemeente Utrecht, aangezien de cijfers in de gemeente Nijmegen ook leverbaar zijn? Zo nee, waarom niet?

2. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat concrete cijfers over dierenmishandeling en dierenverwaarlozing belangrijk zijn om meer inzicht te verkrijgen in het probleem om zo tot een effectieve en gerichte aanpak te komen? Zo nee, waarom niet?

3. Waar dierenmishandeling plaatsvindt, doet zich vaak ook mensenmishandeling voor. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat het daarom extra van belang is dat nauwkeurigere informatie rondom dierenmishandeling en verwaarlozing van dieren op tafel komt? Zo nee, waarom niet?

4. Is het college bereid om met de dierenpolitie en Veilig Thuis in gesprek te gaan, om hen ervan te overtuigen gevallen van dierenmishandeling en verwaarlozing van dieren bij te houden in hun administratie? Zo nee, waarom niet?

5. Is het college bereid om voortaan ook in het Utrechtse jaaroverzicht criminaliteitscijfers cijfers rondom dierenmishandeling en -verwaarlozing op te nemen? Zo nee, waarom niet?

Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren

Indiendatum: 25 mei 2021
Antwoorddatum: 23 jun. 2021

Schriftelijke vragen 139/2021

In Nijmegen gaat het jaaroverzicht met criminaliteitscijfers voortaan een nieuw hoofdstuk bevatten met cijfers omtrent dierenmishandeling en dierenverwaarlozing. Op initiatief van Partij voor de Dieren Nijmegen heeft de Nijmeegse gemeenteraad daartoe in maart besloten.

Partij voor de Dieren Utrecht heeft meermaals verzocht bij de gemeente om de cijfers omtrent dierenmishandeling en dierenverwaarlozing. In Schriftelijke Vragen 275/2020 ‘Huiselijk geweld’ vroeg bijvoorbeeld vrijwel de gehele gemeenteraad (op initiatief van de Partij voor de Dieren) onder meer hoeveel meldingen van dierenmishandeling er de afgelopen drie jaar zijn gedaan, weergegeven per jaar, en bij hoeveel meldingen er ook andere vormen van geweld en mishandeling geconstateerd werden tegen andere gezinsleden of inwonenden. De reactie was onder andere dat de gemeente niet het betreffende bevoegd gezag is, dat de dierenpolitie geen cijfers verstrekt over dierenmishandeling en -verwaarlozing, en Veilig Thuis de gevallen hieromtrent niet als zodanig registreert, omdat een geschikt systeem hiertoe ontbreekt.

De criminaliteitscijfers gaan over zowel zware misdrijven als over lichtere vergrijpen, maar
dierenmishandeling en dierenverwaarlozing ontbreken. Dit zijn echter misdrijven waarop een celstraf van drie jaar kan staan. Onze fractie vindt het belangrijk dat de gemeente Utrecht inzicht geeft in de aantallen rondom dierenverwaarlozing en -mishandeling, omdat inzicht in de aantallen bijdraagt aan de erkenning van de ernst van het probleem, en daarmee aan de verbetering van de aanpak.

De Partij voor de Dieren heeft naar aanleiding van de Nijmeegse situatie de volgende vragen:

1. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat het opnemen van de cijfers rondom dierenmishandeling en -verwaarlozing in het jaaroverzicht criminaliteitscijfers ook mogelijk moet zijn in de gemeente Utrecht, aangezien de cijfers in de gemeente Nijmegen ook leverbaar zijn? Zo nee, waarom niet?

De politie kan cijfers genereren van alle incidenten over dierenmishandeling en -verwaarlozing, die bij de politie zijn binnengekomen of die de politie zelf constateert. Hierbij zitten ook meldingen die bij het landelijk meldpunt (144) binnenkomen. Daarnaast kan dierenmishandeling en -verwaarlozing gemeld worden via politie.nl. Omdat er via diverse kanalen gemeld kan worden en deze meldingen onder verschillende incidenten geregistreerd kunnen worden, zal een cijferoverzicht geen compleet beeld geven.

Wij gaan deze cijfers van de politie jaarlijks opnemen in het Duurzaamheidsverslag, waarin gerapporteerd wordt over het dierenwelzijnsbeleid. Met het jaarlijkse overzicht van de criminaliteitscijfers informeren wij u over de voortgang van het Integraal Veiligheidsplan (IVP). Het IVP bevat de veiligheidsdoelen en ambities voor de gemeente Utrecht. Ondanks de ernst van dierenmishandeling maakt dit geen onderdeel uit van het IVP.

2. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat concrete cijfers over dierenmishandeling en dierenverwaarlozing belangrijk zijn om meer inzicht te verkrijgen in het probleem om zo tot een effectieve en gerichte aanpak te komen? Zo nee, waarom niet?

Het optreden tegen dierenmishandeling valt onder het bevoegd gezag van het Openbaar Ministerie. Toezicht en handhaving van dierenmishandeling is de taak van de politie en de Landelijke Inspectiedienst van de Dierenbescherming (LID). Voor deze instanties is het belangrijk om meer inzicht te verkrijgen om zo dierenmishandeling aan te pakken. De gemeente richt zich met de Dierenbescherming op preventie van dierenmishandeling. De Dierenbescherming zoekt naar samenwerking met de buurt- en wijkteams, GGD- en GGZ- instellingen door hen te informeren en te ondersteunen bij het op tijd herkennen van situaties en daarmee dierenmishandeling te voorkomen. Ook hebben ze een signalenkaart ontwikkeld voor hulpverleners.

3. Waar dierenmishandeling plaatsvindt, doet zich vaak ook mensenmishandeling voor. Is het college het met de Partij voor de Dieren eens dat het daarom extra van belang is dat nauwkeurigere informatie rondom dierenmishandeling en verwaarlozing van dieren op tafel komt? Zo nee, waarom niet?

Het begrip mensenmishandeling is heel breed en kent veel vormen. Er zijn dan ook veel verschillende signalen die kunnen wijzen op huiselijk geweld; dierenmishandeling is er daar één van. Niet in alle situaties is dierenmishandeling een indicatie voor mensenmishandeling en vice versa, zoals eerder aangegeven in het antwoord op SV2020, nr 275. Dierenartsen kunnen voor advies of het maken van een melding altijd contact opnemen met Veilig Thuis als zij zich zorgen maken over de veiligheid in een thuissituatie en als Veilig Thuis zich zorgen maakt over de veiligheid van een dier, melden zij dit bij het meldpunt 144 Red een dier. Veilig Thuis Utrecht geeft aan dat het in de situaties waarin zij onderzoek doen niet vaak aanleiding is voor zo’n melding. Meldingen bij 144 worden behandeld door De Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID), Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en de politie en mocht blijken dat ook sprake is van een onveilige thuissituatie, dan wordt
Veilig Thuis betrokken als zij nog niet betrokken zijn. Zie verder antwoord op vraag 4.

4. Is het college bereid om met de dierenpolitie en Veilig Thuis in gesprek te gaan, om hen ervan te overtuigen gevallen van dierenmishandeling en verwaarlozing van dieren bij te houden in hun administratie? Zo nee, waarom niet?

Alle incidenten van dierenmishandeling en -verwaarlozing die bij de (dieren)politie worden gemeld worden geregistreerd. Daarnaast is er, zoals in antwoord 3 ook genoemd, een speciaal meldpunt om over (signalen van) dierenmishandeling te bellen: 144. Dit nummer kan 24 uur per dag, 7 dagen in de week gebeld worden. De Dierenbescherming heeft ook een Helpdesk Hulpverleners (sociaal) hulp- of dienstverleners om samen een inschatting te maken van de ernst van de situatie en mee te denken in een oplossing bij verstoord dierenwelzijn.

Wij zien geen aanleiding om met de dierenpolitie en/of Veilig Thuis in gesprek te gaan over het anders of extra registreren, omdat dit al via de daarvoor bestemde routes gebeurt. Wij zullen het belang van melden bij 114 nog eens benadrukken bij de partners in de keten van huiselijk geweld en kindermishandeling. Het blijft immers van belang dat zowel professionals als individuen mishandeling of verwaarlozing van een dier blijven melden bij het aangewezen meldpunt. Op de sites van Veilig
Thuis, Dierenbescherming en de politie wordt hier aandacht aan besteed.

5. Is het college bereid om voortaan ook in het Utrechtse jaaroverzicht criminaliteitscijfers cijfers rondom dierenmishandeling en -verwaarlozing op te nemen? Zo nee, waarom niet?

Zie antwoord 1.

Maarten van Heuven, Partij voor de Dieren